Een woordvoerder van de Amerikaanse ambassade in de Filipijnse hoofdstad heeft zaterdag bevestigd dat Amerikaanse troepen zijn ingezet. De betrekkingen tussen de Filipijnse president Rodrigo Duterte en Washington waren maandenlang erg slecht.

Manilla heeft ook bevestigd dat de Filipijnse troepen bij de strijd om Marawi „technische bijstand” van Amerikaanse militairen krijgen. Maar die Amerikanen zouden niet bij de gevechten zelf zijn.

Vrijdag zijn in de strijd dertien Filipijnse mariniers gesneuveld, aldus het leger. De Filipijnse strijdkrachten hebben daarmee al 58 man verloren in en rond Marawi. Er zouden ook zeker twintig burgers en meer dan honderd jihadisten zijn omgekomen. Militaire zegslieden kondigden zaterdag aan dat de strijd maandag moet zijn beslecht. Maandag is de nationale feestdag.

De belangrijkste groep jihadisten in Marawi noemt zich de groep Maute, genoemd naar twee criminele broers Abdullah en Omar Maute. Een woordvoerder van het Filipijnse leger zei zaterdag dat „er hele sterke aanwijzingen zijn dat de broers inmiddels zijn gedood” in Marawi.

De Maute-groep was tot voor kort nauwelijks bekend. Het Filipijnse leger heeft grote moeite de groep de baas te worden. De drie jaar oude beweging zou bestaan uit jihadisten uit andere groepjes op het eiland, aangevuld met strijders uit het buitenland. In 2015 riep de groep Maute zich uit tot ‘filiaal’ van IS.