Iran beschuldigt Saudi-Arabië van betrokkenheid bij aanvallen
Iran bleef tot woensdag verschoond van aanslagen door IS. De grote vraag is waarom Teheran nu plotseling wél doelwit van de terreurbeweging is. En wat de betrokkenheid van Saudi-Arabië is.
Sayyid Qutb was een Egyptische moslimbroeder die wegens zijn radicale ideeën werd geëxecuteerd. Een leidraad in Qutbs werk was dat hij alle staten in het Midden-Oosten tot onislamitisch verklaarde.
De regeringen en systemen van deze staten moesten met geweld worden vernietigd. Op de puinhopen daarvan konden vervolgens échte islamitische staten worden opgericht.
Sayyid Qutb werd aldus de peetvader van het moderne radicale soennitische fundamentalisme. Hij had echter nog een andere, onverwachte bewonderaar. De huidige Iraanse ayatollah Khamenei had zo veel bewondering voor Qutb dat hij enkele van diens boeken in het Farsi vertaalde.
In het Westen wordt meestal aangenomen dat het sjiitische Iran en de soennitische al-Qaida en IS per definitie elkaars doodsvijanden zijn. Wat ze echter delen, is hun haat tegen Israël en de Verenigde Staten, die ze uit het Midden-Oosten willen verdrijven.
Op 22 juli 2004 werd het ”9/11 Commission Report” gepubliceerd, waarin de aanslagen van 2001 in New York werden geëvalueerd. Het rapport had als conclusie dat er bewijzen waren voor „een significante en voortdurende relatie tussen al-Qaida en Iran.”
Woensdag eiste IS de verantwoordelijkheid op voor een dubbele aanslag in Iran. Het merkwaardige was dat dit pas de eerste keer was dat IS in Iran toesloeg. Er is vrijwel geen land in het Midden-Oosten waar IS niet al diverse bloedige aanslagen heeft gepleegd. Opvallend genoeg bleef Iran hiervan verschoond. Dat is vreemd, als men bedenkt dat IS sjiieten als de eeuwige vijanden van de islam beschouwt.
In 2014 kwam het tot een blijvende breuk tussen al-Qaida en IS in Syrië. Indertijd was Abu Mohammed al-Adnani de woordvoerder van IS en in mei 2014 zei Adnani iets opmerkelijks. Hij merkte op dat IS altijd de adviezen van al-Qaida had gevolgd „en daarom nooit Iran had aangevallen. Dit was overeenkomstig de bevelen van al-Qaida om de belangen en doorvoerlijnen van al-Qaida in Iran te beschermen.”
De relaties van al-Qaida (en IS) met Iran zijn voor westerse analisten altijd raadselachtig geweest. Toen de VS eind 2001 Afghanistan aanvielen, vluchtte een aantal kopstukken van al-Qaida naar Iran. Dit gold tevens voor familieleden van Bin Laden. Vooral toen al-Qaida zich tegen Saudi-Arabië begon te keren, werd deze organisatie voor Iran interessant.
Nu heeft IS toch toegeslagen in Iran. Dat kan niet los worden gezien van de totale crisissfeer in het Midden-Oosten, als gevolg van de boycot die een aantal Arabische landen tegen Qatar zijn begonnen. Qatars pragmatische politiek jegens Iran vormt hierbij het belangrijkste struikelblok.
Speculeren
In dit stadium blijft het speculeren waarom IS aanslagen pleegde in Iran. Een reden zou kunnen zijn dat aartsvijand al-Qaida in Syrië de zijde van Qatar (en daarmee indirect van Iran) had gekozen.
De Amerikaanse president Trump noemde op 21 mei in Riyad „Iran de bron van alle kwaad in de regio.” Dit was volkomen conform de visie van Saudi-Arabië en een aantal andere Arabische landen. IS is in Irak en Syrië in zwaar weer terechtgekomen en heeft vooral behoefte aan nieuwe financiële donoren. Door Iran aan te vallen hoopt IS wellicht in deze landen weer krediet op te bouwen.
De Saudische kroonprins Mohammed bin Salman stelde onlangs dat Saudi-Arabië „de oorlog naar Iraans grondgebied zou brengen.” Dit is feitelijk precies wat IS woensdag heeft gedaan. Dat verklaart ook waarom Teheran het Saudische koninkrijk van betrokkenheid bij de aanslagen beschuldigde.
Te verwachten valt daarom dat de Iraanse presentie in Syrië en Irak zal worden opgevoerd. Het betreft hier een politieke strijd tussen Iran en een aantal soennitisch Arabische staten om invloed in het Midden-Oosten.