Pinksteren
Handelingen 19:2a
„Hebt gij de Heilige Geest ontvangen, als gij geloofd hebt?”
Laat ik u tonen Wie de Heilige Geest is, over Wie in de tekst gesproken wordt en hoe wij Hem allen moeten ontvangen, voor wij ware gelovigen genoemd kunnen worden. De Heilige Geest, over Wie hier gesproken wordt, is de derde Persoon in de gezegende Drie-eenheid, één in wezen met de Vader en de Zoon en van gelijke eeuwigheid. Hij gaat uit van de Vader en van de Zoon. Met nadruk wordt Hij heilig genoemd, omdat Hij de Werkmeester en Voltooier van het geloof is.
Deze gezegende Geest was het, Die eens over de grote afgrond zweefde, Die de gezegende maagd overschaduwde, voordat het Heilige uit haar geboren werd. Die in de gedaante van een duif op onze gezegende Heere neerdaalde, toen Deze uit het doopwater opkwam. Hij zette Zich, op de pinksterdag, in vurige tongen op de hoofden van Zijn apostelen neer.
George Whitefield,
predikant te Newburyport
(”Keur van leerredenen”, 1770)