Economie

Samenwerking vissers en milieuclubs werpt vruchten af

De verbeterde verhouding tussen de visserijsector en een aantal milieuorganisaties levert rendement op. Twee berichten van woensdag onderstrepen dat.

1 June 2017 10:18Gewijzigd op 16 November 2020 10:41
Garnalenkotters in de haven van Lauwersoog. beeld ANP, Koen van Weel
Garnalenkotters in de haven van Lauwersoog. beeld ANP, Koen van Weel

Het ministerie van Economische Zaken meldde dat de Noordzeevissers kunnen rekenen op een jaar uitstel van de omstreden aanlandplicht voor schol. Diezelfde middag plaatsten visserijorganisaties, ngo’s en overheid hun handtekeningen onder een akkoord om de natuur in de ondiepe kustwateren beter te beschermen.

Vissers en natuurorganisaties sluiten akkoord over kustwateren

Het uitstel van de aanlandplicht is van belang voor vissers die netten gebruiken met kleine mazen (80 millimeter) om op tong of Noorse kreeft te vissen. Zij vangen daarbij onbedoeld jonge schol mee, die nu nog wordt teruggegooid in zee maar wat onder de aanlandplicht niet meer is toegestaan. Op voordracht van Nederland hebben de EU-landen rondom de Noordzee gisteren aan de Europese Commissie voorgesteld om de vissers tot 2019 de tijd te geven om selectievere vistechnieken te ontwikkelen.

Het is ook mogelijk dat de visserijsector volgend jaar ontheffing van de aanlandplicht voor schol aanvraagt. Zo’n aanvraag maakt een goede kans als aangetoond kan worden dat veel ondermaatse schol het terugzetten in zee overleeft. Onderzoek daarnaar is in volle gang, maar had door bureaucratische rompslomp vertraging opgelopen.

Het voorstel voor uitstel is er gekomen op unaniem advies van de North Sea Advisory Council (NSAC), een adviesorgaan waar de visserijsector en ngo’s zitting hebben. VisNed, belangenorganisatie van kottervissers, sprak inmiddels al haar dank uit voor „de realistische insteek van de ngo’s.”

Wat de kustzone betreft is afgesproken dat de vissers in water tot 20 meter diepte –door de natuurorganisaties „kraamkamers voor het zeeleven” genoemd– lichter vistuig en netten met een grotere maaswijdte gaan gebruiken. In een deel van de kustwateren zullen ze helemaal niet meer vissen. Over het Noordzeekustvisserijakkoord is jarenlang onderhandeld. Een eerdere overeenkomst uit 2011 bleek niet goed te functioneren.

Het nieuwe akkoord raakt met name de ruim 150 Nederlandse garnalenvissers. Zij krijgen tot 2020 de tijd om hun vistechnieken aan te passen. Ook moeten ze investeren in een zogeheten black box aan boord, die registreert waar het schip vaart en vist. Daar staat tegenover dat een deel van de gebieden die onder de oude overeenkomst gesloten waren, nu weer open gaan voor de visserij.

Ook over dit akkoord niets dan lof van beide kanten. „Wij zijn blij dat we met de betrokken ngo’s constructief samenwerken”, reageerde VisNed-directeur Pim Visser. En directeur Floris van Hest van Stichting de Noordzee zei: „We kunnen beter met elkaar optrekken dan tegenover elkaar staan.”

Nederlandse natuur- en milieuorganisaties die zitting hebben in de NSAC zijn Stichting de Noordzee, de Nederlandse Elasmobranchen Vereniging en het Wereldnatuurfonds. Ngo’s die het kustvisserijakkoord hebben ondertekend zijn Stichting de Noordzee, de Waddenvereniging, het Wereldnatuurfonds en Natuurmonumenten. Greenpeace staat in beide gevallen langs de zijlijn.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer