G7 eensgezind over terrorismebestrijding
Als antwoord op de aanslag in Manchester hebben de leiders van zeven belangrijke geïndustrialiseerde landen een gezamenlijke verklaring ondertekend over terrorismebestrijding. „Dit is een krachtige boodschap van vriendschap, nabijheid en solidariteit met Groot-Brittannië”, zei de Italiaanse premier Paolo Gentiloni vrijdag tijdens de G7-top in Taormini op Sicilië.
De deelnemers deden een beroep op internetproviders en sociale media de inspanningen extremistische content te weren „substantieel” op te voeren. „We hebben unaniem vastberadenheid getoond door te gaan met vechten tegen terrorisme en die strijd nog te versterken. We gaan die op een hoger niveau brengen door onophoudelijk terroristische acties te verhinderen, door de daders en sympathisanten onophoudelijk te vervolgen.”
Volgens de Duitse bondskanselier Angela Merkel zijn er drie prioriteiten. Om te beginnen moet de uitwisseling van informatie tussen de landen verbeteren. „Dat is essentieel”, zei Merkel. Verder moeten de financiële bronnen van terroristen worden drooggelegd en misbruik van internet voor hun propagandistische doeleinden tegengegaan. Daar ligt een verplichting voor de internetbedrijven.
Over het klimaatakkoord van Parijs was geen eensgezindheid. De Amerikaanse president Donald Trump lag als enige dwars. Hij voelt zich niet gebonden aan de afspraken uit 2015. Pogingen hem te overreden mislukten. Gentiloni was niettemin optimistisch. „Alle anderen hebben bevestigd dat ze volledig achter het akkoord staan. We zijn ervan overtuigd dat na interne overwegingen de VS zich er ook toe willen verplichten.”
Gentiloni vertelde dat er progressie is geboekt ten aanzien van de buitenlandse handel, maar aan een communiqué moet nog worden gewerkt. Trump deed de voorbije maanden de alarmbellen rinkelen bij de G7-bondgenoten door zijn protectionistische - „America first” - agenda. „Op het belangrijke thema van de wereldhandel moeten we de slotverklaring nog vormgeven, maar het komt mij voor dat de openhartige discussies gemeenschappelijke standpunten hebben opgeleverd waarmee we verder kunnen.”