Claim voor IHC-dochter Merwede Shipyard
De scheepswerf Merwede Shipyard, dochter van de beursgenoteerde onderneming IHC Caland, heeft een claim van 20 miljoen dollar aan de broek hangen.
Volgens de Zweedse rederij Star Clippers is Merwede in gebreke gebleven bij de oplevering van een cruiseschip in 2000. De arbitragezaak dient maandag en dinsdag in Londen.
Ton Rietdijk, directeur van Merwede Shipyard, erkent dat de oplevering te laat was, maar dat had volgens hem diverse oorzaken van buitenaf. De romp van het schip werd gebouwd door een bedrijf in Polen, om vervolgens afgewerkt te worden door Merwede. Er bleek volgens Rietdijk meteen dat er meer werk verricht moest worden dan contractueel was afgesproken.
Volgens hem is de belangrijkste vraag die door de arbitrage beantwoord moet worden of die gevolgschade wel of niet opeisbaar is. Rietdijk stelt dat de claim voor 95 procent bestaat uit gevolgschade. „Dat is contractueel uitgesloten, maar daarover buigen de advocaten zich de komende twee dagen.”
Sinds 2000 lopen er claims over en weer. Merwede eiste eerst 6 miljoen euro van Star Clippers wegens meerwerk. Daarop kwam de claim van 20 miljoen dollar terug.