Groen & duurzaamheid

„Lonkend perspectief drone voor natuuronderzoek kent grenzen”

Natuurbeheerders bekijken de komende maand met elkaar welke mogelijkheden en problemen er zijn bij het gebruik van drones in de natuur. De kleine vliegtuigen bieden Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten en particuliere eigenaren van natuurterreinen tal van mogelijkheden voor onderzoek.

Theo Haerkens
17 May 2017 19:03Gewijzigd op 16 November 2020 10:34
SELLINGEN. Een drone vliegt boven een natuurgebied in de buurt van het Groningse Sellingen. Het gebruik van drones voor natuurbeheer biedt perspectieven. beeld Regelink Ecologie & Landschap
SELLINGEN. Een drone vliegt boven een natuurgebied in de buurt van het Groningse Sellingen. Het gebruik van drones voor natuurbeheer biedt perspectieven. beeld Regelink Ecologie & Landschap

Mogelijk zijn er ook manieren om drones in te zetten bij de handhaving van de regels in de natuurgebieden. Ook kunnen drones een rol spelen bij de detectie en bestrijding van branden.

Het symposium dat de projectgroep Drones voor de Natuur op 15 juni in Velp belegt, moet bijdragen aan doelmatig, professioneel en verantwoord gebruik van de toestellen bij natuurbeheer.

Woekering

Ook waterschappen beleven plezier aan de drone. Foto’s vanuit de lucht helpen overzicht te krijgen over de woekering van exotische waterplanten zoals de grote waternavel en de waterhyacint. Die kunnen ander waterleven verstikken en pompinstallaties verstoppen.

„Net als een verrekijker is de drone niet meer dan een instrument om vanuit de lucht te zien wat er aan de hand is”, zegt Johannes Regelink van adviesbureau Regelink Ecologie & Landschap.

Multispectraal camera

Het ligt er maar net aan wat je onder je drone hangt, zegt hij. „Dat kan een foto- of videocamera zijn, maar ook een multispectraalcamera, waarmee je de kleur uit elkaar kunt trekken in rood, groen en blauw of infrarood om informatie te verzamelen over vegetatie.”

Met de beelden die deze camera maakt is te meten hoeveel kubieke meter hout er in een bos staat, wat het aandeel loof- en naaldhout is, of er genoeg verjonging is en voldoende open ruimte. Maar hij registreert ook hoeveel bladgroenkorrels er zijn. Dat zegt iets over de vitaliteit van bomen en planten. „Iedere soort heeft een andere index. In grasland kun je zien welke samenstelling het heeft, welke kruiden het bevat.”

Drones kunnen ook de hoogte van duinen in zandverstuivingen precies meten en onderzoeken of ze zich onder invloed van de wind verplaatsen. Dat gebeurt aan de hand van een meetpunt op de grond. De gegevens die de drone verzamelt, worden via gps aan zo’n ijkpunt gekoppeld.

„Met die informatie weet je hoe een natuurgebied zich ontwikkelt. Je kunt die informatie natuurlijk ook gebruiken om die ontwikkeling te sturen door het grondwater wat te verhogen of vegetatie weg te halen”, vertelt Regelink.

Andere technieken

Ecoloog Chris Driessen stelt dat het gebruik van de drone andere technieken of het werk van de boswachter in het veld niet overbodig maakt. „Ook satellietbeelden vertellen veel over de samenstelling van bossen, maar die zijn doorgaans gemaakt op wolkeloze dagen en ook niet altijd op momenten die wij interessant vinden. Met drones kun je zelf beelden maken als er wat lichte bewolking is en de schaduwen niet zo hard zijn. Dat geeft weer andere informatie dan gekochte satellietbeelden.”

Warmtegevoelige camera’s lenen zich uitstekend voor het inventariseren van nesten van vogels in akkers en weilanden. „Nesten zijn wat warmer dan hun omgeving, net als hazen en jonge reeën. Alleen als de vegetatie te hoog wordt, lukt dat niet meer.”

Grenzen

Johan Regelink ziet ook grenzen aan het „lonkend perspectief” dat de drones bieden. „Het lijkt aantrekkelijk om over een terrein heen te vliegen zodat je broedende vogels niet hoeft te storen door dicht bij hun nesten te lopen. De keerzijde is dat een drone voor een broedende vogel ook wel op een roofvogel kan lijken en dan net zo bedreigend is.”

Regelink: „Het is best mogelijk dat je voor dergelijk werk een drone met vaste vleugels moet gebruiken en niet een toestel met propellers. Niet alleen de vorm, ook het lawaai van zo’n minivliegtuig kan onrust veroorzaken onder broedende kieviten en grutto’s.”

Dronepiloten die ecologisch onderzoek doen in opdracht van terreinbeheerders moeten aan dezelfde eisen voldoen als ieder ander. Regelink vraagt meestal vergunning aan voor een langere periode zodat hij rekening kan houden met de weersomstandigheden. „Je hoeft dan niet hals over kop een vergunning aan te vragen om de volgende dag te vliegen.”

Drones voor onderzoek in bos- en andere natuurgebieden gaan niet erg hoog. Toch is het oppassen geblazen in de buurt van (regionale) luchthavens en militair terrein. „Dan schakelen we een gespecialiseerd bedrijf in dat de activiteiten afstemt met de luchtvaartautoriteiten.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer