Economie

Alleen het goede komt door Mario Draghi

ECB-president Draghi sprak woensdag twee uur met leden van de Tweede Kamer. Tot nieuwe inzichten leidde dit niet. Wel weten we nu dat de Italiaan harder en geïrriteerder gaat praten als hij vragen krijgt waarop hij liever geen antwoord geeft.

Marcel ten Broeke
11 May 2017 10:41Gewijzigd op 16 November 2020 10:31
Draghi, beeld ANP Remko de Waal
Draghi, beeld ANP Remko de Waal

Voor burgers is het doorgaans simpel: mensen met vermogen zijn het lagerentebeleid van de Europese Centrale Bank (ECB) allang beu. Wie vooral schulden heeft, kan Draghi wel zoenen. De rest zit daar zo’n beetje tussenin.

Voor politici ligt dit –zou je denken– ietwat ingewikkelder. Want niet voor niets, namelijk uit angst dat regeringen de geldpers zouden aanzwengelen, is de ECB ooit op afstand van de politiek geplaatst. Kritiek van politici op de onafhankelijk opererende centrale bank ligt daarom gevoelig.

Kritisch

Opvallend was dan ook dat woensdagmiddag, met uitzondering van politici van D66 en GroenLinks, alle Kamerleden louter kritische vragen aan Draghi stelden. Dat begon direct al bij de allereerste vraag van PVV’er Van Dijck. „Meneer Draghi. U mag een held zijn in Zuid-Europa, maar hier in Nederland bent u dat niet. Door u zijn onze pensioenen verdampt.”

Pensioenfondsen moeten door de lage rentestand immers fors meer geld reserveren voor toekomstige pensioenen. Daardoor staan hun dekkingsgraden onder druk en worden pensioenen al jaren niet geïndexeerd of gekort.

Draghi antwoordde dat hij niet betaald wordt „om een held te zijn”, maar om de prijsstabiliteit in de eurozone te bewaken. En omdat enkele jaren terug gevreesd werd dat de lage inflatie om zou slaan in een voor de economie vernietigende deflatoire spiraal, ging de ECB over tot onconventionele maatregelen. Zo werden de belangrijkste rentetarieven verlaagd tot (onder) nul en besloot de ECB maandelijks voor tientallen miljarden aan staatsschuld van eurolanden te kopen.

Draghi ontkende woensdag niet dat dit beleid ook een negatieve impact heeft gehad, bijvoorbeeld op Nederlandse huishoudens die relatief veel spaar- en pensioenvermogen bezitten. Toch moeten zij volgens de Italiaan ook weer niet te veel zeuren. Het lagerentebeleid leidt weliswaar tot een lager rendement op spaargeld, maar tegelijk ondersteunde het wél het economische herstel. En dat heeft gezorgd voor meer werkgelegenheid, lagere werkloosheid, hogere effectenkoersen en stijgende belastingopbrengsten. Draghi: „In hun hoedanigheid van werknemer, ondernemer, belegger, lener en belastingbetaler hebben ook Nederlandse huishoudens daarvan geprofiteerd.” Waaraan hij toevoegde dat pensioenfondsen ook bepaald geen profijt zouden hebben gehad van een recessie.

Op die manier wist Draghi alle kritische vragen te pareren, simpelweg door te wijzen op wat hij ziet als „vruchten” van zijn beleid: sterkere groei, aantrekkende werkgelegenheid, de laagste werkloosheidscijfers sinds mei 2009 enzovoorts. Natuurlijk zijn er ook wel structurele problemen in de eurozone, maar die komen volgens de Italiaan doordat politici weigeren met structurele oplossingen te komen, zoals een verhoging van de productiviteit en meer Europese integratie.

Bij de Kamerleden groeide stukje bij beetje de irritatie over Draghi’s succesverhaal. Onder anderen bij CU-Kamerlid Schouten. „U geeft mij het gevoel dat al het goede door u komt en al het slechte de schuld is van de eurolanden zelf.” Komt, hield ze Draghi voor, wat niet goed gaat dan niet een héél klein beetje óók door wat u zelf doet? Bijvoorbeeld doordat schuldenlanden door de lage rente geen prikkels meer hebben om te hervormen? „Nee”, antwoordde Draghi kortaf.

Toch nam ook bij hem gaandeweg de irritatie toe. Bijvoorbeeld toen CDA-Kamerlid Omtzigt hem vroeg hoe hij het grote risico beziet dat de ECB zich op de hals heeft gehaald door al voor 2500 miljard euro aan staatsleningen op de balans te hebben staan van eurolanden die deze schuld wellicht nooit kunnen terugbetalen.

Kribbig

Al dit soort vragen werd door Draghi kribbig terzijde geschoven. „De realiteit is dat ons beleid het herstel heeft aangejaagd en 4,5 miljoen banen heeft gecreëerd. De rest is speculatie.”

Dat hoefde niemand te verbazen. Althans, niet van iemand die als geen ander weet dat geld, sinds dat niet meer van goud maar van papier wordt gemaakt, slechts waarde heeft zolang we daar met z’n allen in geloven.

Van de voorzitter van de Kamercommissie voor Financiën, VVD-Kamerlid Duisenberg (zoon van de allereerste ECB-president) kreeg Draghi tot het slot nog een cadeautje: een tulpenbol. Om hem eraan te herinneren dat de eerste grote financiële crises, de tulpenmanie, plaatsvond in Nederland. Maar wellicht ook om de Italiaan fijntjes te doen beseffen dat nadenken over risico’s bepaald geen „speculatie” is maar juist onontbeerlijk in een economische omgeving waarin naast groei óók crisis en verval tot de wetmatigheden behoren.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer