Barnier: Londen moet vertrekrekening betalen
Het Verenigd Koninkrijk zal een financiële afrekening van het vertrek uit de EU moeten respecteren. „Dat is geen straf of exitbelasting. De EU en Groot-Brittannië zijn allerlei gezamenlijke verplichtingen aangegaan. We moeten het met Londen eens worden over hoe we die rekening opmaken.”
Dat zei Michel Barnier, de hoofdonderhandelaar van de EU woensdag bij een toelichting op hoe hij het Britse vertrek uit de unie wil aanpakken. Het Europese Hof van Justitie kan arbitreren bij onenigheid over de definitieve rekening, stelt hij voor, en blijft de aangewezen instelling bij geschillen tussen Londen en Brussel.
De Fransman ging niet in op hoeveel de brexit de Britten gaat kosten. Er gonzen bedragen van tussen de 55 en 80 miljard euro. „Het wordt geen blanco cheque”, zei hij alleen.
De Britse onderhandelaar David Davis zei woensdag dat Londen helemaal niet van plan is te betalen als er niet ook een handelsakkoord wordt bereikt. Ook wees hij een rol voor het hof af. Zaterdag werden de EU-leiders het eens over een gefaseerde aanpak: eerst de boedelscheiding regelen, dan pas praten over de toekomstige (handels)relatie. Barnier hoopt dat er tussen oktober en december „voldoende vooruitgang” is geboekt om te kunnen beginnen over de toekomst, inclusief een overgangsperiode.
Prioriteit voor Brussel is de positie van niet-Britse EU-burgers die in Groot-Brittannië wonen, werken of studeren, en omgekeerd van Britten elders in de EU. „De circa 4 miljoen mannen, vrouwen en kinderen” die door de brexit worden getroffen, moeten hun dagelijkse levens kunnen blijven leiden, aldus Barnier. Hun recht op verblijf, werk, uitkeringen, pensioen en ziekenzorg dient onveranderd te blijven. In het Verenigd Koninkrijk wonen zo’n 100.000 Nederlanders.
Ook de grens tussen Ierland en (het Britse) Noord-Ierland en de Britse legerbases op Cyprus zijn onderdeel van de uittredingsonderhandelingen.
De 27 EU-ministers van Europese Zaken moeten Barniers voorstellen over de juridische aanpak nog goedkeuren. De onderhandelingen beginnen na de Britse verkiezingen van 8 juni.