Curaçao kiest voor of tegen Schotte
De bevolking van Curaçao kan vrijdag, een half jaar na de laatste parlementsverkiezingen, opnieuw naar de stembus voor de verkiezing van een nieuwe volksvertegenwoordiging. De stembusgang is mogelijk dankzij ingrijpen van de Rijksministerraad.
De verkiezingen werden in februari uitgeroepen nadat de regering-Koeiman na ruim 50 dagen was gevallen. Een nieuwe meerderheid in de Staten, onder leiding van oud-premier Gerrit Schotte, wilde daarop de verkiezingen echter uitstellen. De Rijksministerraad stak daarvoor vorige maand een stokje en plaatste de verkiezingen onder verantwoordelijkheid van de gouverneur van Curaçao.
Daarmee heeft de bevolking grofweg de keuze tussen een voortzetting van de huidige coalitie die een interim-regering onder leiding van Schotte heeft geformeerd, of de voortgang van de partijen die samen de coalitie vormden van de regering-Koeiman. Die laatste coalitie bestaat uit partijen die allemaal hebben aangekondigd niet met Schotte te willen samenwerken.
Gerrit Schotte was de eerste minister-president van Curaçao, dat in 2010 na een staatkundige herstructurering een land werd binnen het Koninkrijk. Hij is vorig jaar veroordeeld voor drie jaar gevangenisstraf voor onder meer ambtelijke corruptie in zijn tweejarige regeerperiode. Binnenkort dient zijn hoger beroep.
Vanwege zijn veroordeling kan Schotte geen ministeriële functie vervullen, achter de schermen leidt hij de huidige regering. De laatste tijd keert hij zich steeds feller tegen de, wat hij noemt, Nederlandse inmenging op politiek en justitieel gebied.
Aan de andere kant van het politieke spectrum staan partijen die blij zijn met het besluit van Den Haag de gouverneur verantwoordelijk te stellen voor de verkiezingen. Volgens hen is de stembusgang cruciaal voor een positieve toekomst van het land en een goede relatie met Nederland.