Britse minister: Genocide in Zuid-Sudan
De moorden en gruweldaden in Zuid-Sudan hebben steeds meer weg van genocide. Daarom moet Afrikaanse leiders in actie komen. Dat heeft de Britse minister voor ontwikkelingssamenwerking Priti Patel woensdag gezegd na een bezoek aan het land.
„Er vinden massamoorden plaats, mensen worden gekeeld, dorpen worden platgebrand en de tactiek van de verschroeide aarde wordt toegepast”, zei Patel tijdens een persconferentie die zij gaf in buurland Oeganda.
In Zuid-Sudan is sinds juli het geweld weer opgelaaid. „Het geweld is stammengerelateerd en op basis daarvan is het genocide”, liet Patel optekenen. In het Afrikaanse land woedt al jaren een burgeroorlog, waar honderdduizenden mensen voor op de vlucht zijn geslagen.
In delen van het land heerst sinds februari hongersnood. Volgens Patel blokkeert zittend president Salva Kiir hulpgoederen. Patel heeft Kiir in een onderhoud opgeroepen de blokkades op te heffen en een einde te maken aan de gewelddadigheden. Als Kiir dat niet doet, zal de internationale gemeenschap ingrijpen, zei Patel.
Zuid-Sudan werd in 2011 onafhankelijk van Sudan. Twee jaar later stortten rivaliserende leiders de jongste staat ter wereld in een burgeroorlog. De kemphanen, president Salva Kiir en zijn voormalige vicepresident Riek Machar, sloten vorig jaar een vredesakkoord, maar dat was geen lang leven beschoren.
In juli vorig jaar braken er weer gevechten uit in de hoofdstad Juba. Daarbij hebben de regeringstroepen burgers geëxecuteerd en meegedaan aan groepsverkrachtingen van vrouwen en meisjes, zo stelt de VN.