Rechter: geen oordeel over nee-stem referendum
Het is niet aan de rechter om te oordelen over de vraag of de Nederlandse staat treuzelt met de beslissing over wat te doen met de nee-stem van het Oekraïne-referendum. De politieke partij Forum voor Democratie vindt van wel en had daarom een rechtszaak aangespannen. De rechtbank in Den Haag oordeelde woensdag dat er geen oordeel gegeven mag worden, omdat de politiek aan zet is.
Thierry Baudet, sinds de verkiezingen Tweede Kamerlid van FvD en referendum-aanjager, is teleurgesteld in de uitspraak en overweegt hoger beroep. „Deze uitspraak gaat in tegen de letter én geest van de Referendumwet”, aldus Baudet. Volgens de wet moet de regering „zo spoedig mogelijk” handelen na de uitslag en niet pas na maanden.
Premier Mark Rutte liet eind vorig jaar, dus acht maanden na het referendum, weten dat de regering onder voorwaarden toch instemt met het omstreden verdrag. Tegenstanders zien in het akkoord onder meer een opening voor Oekraïne om bij de EU te komen. Voorstanders zeggen dat de overeenkomst daarin helemaal niet voorziet en alleen gaat over vormen van vooral economische samenwerking.
„Omdat de rechter geen oordeel toekomt over deze vraag, laat de rechtbank in het midden welke invulling van het begrip ‘zo spoedig mogelijk’ de juiste is”, staat in het vonnis. Ook ingrijpen in een lopend wetgevingsproces is niet aan de rechter. „Alleen regering en de Tweede en Eerste Kamer gezamenlijk mogen oordelen over de vraag of procedurevoorschriften zijn geschonden en zo ja, wat de gevolgen daarvan zijn.”
Op 6 april vorig jaar werd een raadgevend referendum gehouden over de zogeheten associatieovereenkomst met Oekraïne. Met een opkomst van 32 procent werd de kiesdrempel gehaald. 61 procent stemde nee.