Zuidlaren eert parachutist Duquesne met monument
In Zuidlaren is zondag een monument onthuld voor de Franse parachutist Paul Duquesne. Hij sneuvelde op 9 april 1945.
Bij de onthulling waren zijn broer Michel (92), diens vier dochters en twee Franse veteranen aanwezig. „Dat onze eerste bevrijders Fransen waren, is een vergeten verhaal van de Drentse bevrijding”, zegt initiatiefnemer Dennis Meijeringh (45). „Elders in Nederland zijn Canadezen en Britten bekender als bevrijders. Voor deze para was, als enige van 33 gesneuvelden, nog geen monument.” Ondernemers in het dorp en het Prins Bernhard Cultuurfonds betaalden eraan mee.
Operatie Amherst, op 7 en 8 april 1945, diende als voorbereiding op de bevrijding van Groningen door de Canadezen. Bij de 700 Franse para’s vochten vier Nederlanders mee, twee Algerijnen en één Syriër uit Damascus. Hun taak: bruggen veiligstellen en verwarring zaaien onder de Duitsers. Door weersomstandigheden komen velen kilometers van het doel terecht. Eén para verdrinkt als hij in een sloot landt. In de Drentse bossen raken de bevrijders elkaar kwijt. Geïsoleerd houden ze zich schuil, met hulp van burgers. Het is dan levensgevaarlijk in Drenthe, waar 12.000 Duitse militairen rondlopen en ook Nederlandse SS’ers.
Handgranaat
In totaal sneuvelen 33 van de 700 bevrijders. Een van hen is Duquesne. Meijeringh: „Met vijftien man overnachtte hij in een schuur. Ze zijn verraden. De Duitsers rukten uit met 300 man en schoten met een kanon. De boer kon de Fransen nog net waarschuwen. Duquesne had een handgranaat en werd gesommeerd die los te laten. Hij koos ervoor dat niet te doen en gooide de granaat.” Hij doodde veel Duitse soldaten, maar werd zelf ook gedood.
Operatie Amherst trekt diepe sporen in de provincie. Direct na de landing van de Fransen breken er in de hele provincie gevechten uit, schrijft de site drentheindeoorlog.nl. In Gasselte veroveren het verzet en de Fransen het hoofdkwartier van het nationaalsocialistische Kraftfahrkorps; de Duitsers heroveren het. De aanvallers worden gepakt en op 13 april door Canadezen bevrijd. Korporaal Bégue uit Madagaskar, is dan al gesneuveld en wordt tijdelijk begraven in Gasselte.
In Smilde voorkomt een para het opblazen van een brug. In Assen sterven zes para’s in een vuurgevecht, in Spier twee. Bij Staphorst vinden een para en een verzetsman de dood. De kogels lijken uit het huis van een NSB-gezin te komen. Verzetslieden doden negen mensen, onder wie leden van dat gezin.
Monument
In Diever wordt de NSB-burgemeester gearresteerd. SD’ers bevrijden hem en arresteren elf mensen. Zij vermoorden er tien. De elfde overleeft dit, door zich dood te houden.
Nabij Hoogeveen fusilleren Duitsers negentien burgers voor hulp aan de para’s; een monument herdenkt hen. In Assen is er sinds 1985 een monument voor de 33 gevallen para’s.
Ook die ene Syrische bevrijder van Nederland, Asem Ibrahim, kwam om. De bij Gasselte gesneuvelde Bégue is herbegraven op Madagaskar. Paul Duquesne is herbegraven op het Franse ereveld in het Kapelle-Biezelinge.
Meijeringh, wiens broer in 2006 als para vocht in Afghanistan hielp het Bevrijdingsfestival Amherst te organiseren: „We moeten onze vrijheid zien te behouden.”