Column (Prof. Marc de Vries): Broodnodige wijsheid
In deze krant verscheen afgelopen zaterdag een ingezonden stuk van dr. Bill Banning en dr. Eppo Bruins, waarin zij de vinger leggen bij het achterlopen van moreel bewustzijn bij de snelle technologische ontwikkelingen. Ze pleiten ervoor te investeren in wijsheid. Dat is iemand die aan een technische universiteit reformatorische wijsbegeerte doceert natuurlijk uit het hart gegrepen. De beste instemming met het pleidooi van Banning en Bruins is misschien wel het delen van de telkens terugkerende ervaring dat die investering ook iets doet met mensen.
Hoewel dat er niet zo expliciet bij staat, lijkt het pleidooi van Banning en Bruins vooral betrekking te hebben op financiële investeringen in morele vorming. Bruins speelde een belangrijke rol in de Stichting Technische Wetenschappen, waar een aantal technologische onderzoeksprojecten wordt aangevuld met een onderzoek naar de morele gevolgen van de betreffende technologie.
Tegelijk schrijven Banning en Bruins over het investeren in de ziel. Dat is meer dan een kwestie van geld. Als er één activiteit is die bijdraagt aan de vorming van zielen, is het onderwijs. Daar zou veel meer moeten gebeuren aan het voeden van zie- len met wijsheid ten aanzien van technologie. In het basis- en voortgezet onderwijs wordt in toenemende mate aandacht besteed aan technologie. Kinderen en leerlingen worden gestimuleerd zelf nieuwe dingen te bedenken en te maken. Maar de morele dimensie schiet daar nog weleens bij in. Studenten in de meeste technische opleidingen krijgen een vak over ethiek van de technologie, maar daar blijft het dan vaak wel bij. Promovendi volgen tegenwoordig verplicht een minicursus in wetenschappelijke integriteit. Ik geef die cursus zelf in Eindhoven, maar met een halve dag heb je slechts het idee dat je niet meer bereikt dan dat je slechts een beetje bewustzijn wekt.
Een investering die meer in de diepte gaat, zijn de colleges reformatorische wijsbegeerte, of zoals we tegenwoordig zeggen: christelijke filosofie. Op dit moment lees ik in Delft samen met een groepje studenten het boek ”Het echte conflict” van Alvin Plantinga. Ik geniet van het enthousiasme waarmee de aanstaande ingenieurs discussiëren over de vragen rond wetenschap en techniek die het boek oproept. In het gesprek komen ook de beperkingen van wetenschap aan de orde; beperkingen die op schokkende wijze duidelijk werden in het bericht in de eerder aangehaalde zaterdagkrant over de slechte uitslag van de NIP-test, waardoor bijna een gezond kind geaborteerd was.
Ook de NIP-test is zo’n technologische ontwikkeling waarbij wijsheid broodnodig is om er verantwoord mee om te gaan. Prachtig als je mag zien hoe in het onderwijs jonge mensen groeien in die wijsheid, die gevoed wordt door de Bijbelse wijsheid waarin kennis van Gods Woord verenigd wordt met een levenswandel in vreze voor Hem.
Niet alleen gebruikers van technologie hebben wijsheid nodig, maar ook de ontwikkelaars ervan. Onderdeel van die wijsheid is het besef dat kwaad en zonde een plaats in de werkelijkheid hebben. In de colleges daag ik ontwerpers nog weleens uit om niet alleen te denken aan de welwillende gebruiker, maar ook aan de kwaadwillende. Wat kunnen de gevolgen zijn als dezelfde technische mogelijkheden niet alleen in handen van goedwillende, maar ook van kwaadwillende mensen komen te liggen? Die vraag krijgen ze in de andere colleges niet voorgelegd. Het is typisch een bijdrage van Bijbelse wijsheid, want ook een humanist zal die vraag niet zo snel naar voren schuiven.
De ziel van aanstaande ingenieurs zou veel meer gevuld moeten worden met dat soort wijsheid. Over het algemeen krijgen aanstaande ingenieurs behalve dat ene vak ethiek verder geen onderwijs in de filosofie van wetenschap en technologie, tenzij studenten dat als keuzevak doen. Het pleidooi van Banning en Bruins is dus breder toepasbaar dan alleen in de financiering van onderzoeksprojecten (zoals ze mogelijk zelf ook al bedoelden).
Wijsheid bij gebruikers en bij ontwikkelaars, dat zou het ideaal moeten zijn, te beginnen bij de basisschool en doorlopend tot in de ingenieursopleiding. Er gebeuren al mooie dingen. Voor het basisonderwijs is er bijvoorbeeld de leergang ”Wondering the World”, waarin kinderen vanuit een christelijk perspectief leren over wetenschap en techniek. Aan de technische universiteiten zijn er de colleges christelijke filosofie. Overigens hebben Banning en Bruins helemaal gelijk als ze zeggen dat er ook een financiële kant aan zit. Dus als u nog eens zoekt naar een goed doel om aan te geven…
Prof. dr. Marc J. de Vries is bijzonder hoogleraar reformatorische wijsbegeerte aan de Technische Universiteit Delft. Reageren? rubriekforum@refdag.nl