Vrijspraak Haagse voor vermeend jihadisme
Een 28-jarige Haagse vrouw is dinsdag vrijgesproken van poging tot deelname aan een terroristische organisatie en het voorbereiden van moord en doodslag met een terroristisch oogmerk. Het Openbaar Ministerie eiste daarvoor twee weken geleden achttien maanden cel, waarvan zes voorwaardelijk.
Volgens de rechtbank Den Haag, zitting houdend in de extra beveiligde rechtbank in Amsterdam-Osdorp, bestaan wel aanwijzingen dat de Haagse de radicale ideologie aanhing en van plan was naar het strijdgebied in Irak en Syrië af te reizen. Het overtuigende bewijs daarvoor ontbreekt. Haar verweer dat ze in oktober vorig jaar een huwelijksreis met haar Belgische man naar Turkije wilde maken, had wel die „uiterlijke schijn”, aldus het vonnis. Zowel een heen- als terugreis waren geboekt en voor de duur van de trip was een hotel in Turkije geboekt.
Bij aankomst in Istanbul werd haar de toegang tot het land verboden. Bij terugkeer in Nederland werd zij vervolgens aangehouden.
De rechtbank ziet wel sterke aanwijzingen dat haar man wilde doorreizen naar Syrië of Irak om deel te nemen aan de gewapende jihadstrijd. Hij zit in België vast en wordt daar vervolgd.
Er is geen bewijs dat de vrouw van zijn plannen op de hoogte was. Zij wist volgens de rechtbank evenmin dat de man in België al getrouwd was en twee kinderen heeft. De twee sloten een islamitisch huwelijk zonder tussenkomst van een ambtenaar van de burgerlijke stand.
De vrouw liet tevens een testament achter, waarin ze haar familie om vergiffenis vroeg. Dat hield volgens de Haagse geen verband met een eventuele reis naar Syrië of Irak.