Gestolen Van Goghs weer voor iedereen te zien
Bijna veertien jaar leken ze van de aardbodem verdwenen, maar vanaf woensdag zijn de twee gestolen schilderijen van Vincent van Gogh weer voor iedereen te zien. De werken doken afgelopen september op in Italië en zijn nu weer terug op de plek waar ze horen; in het Van Gogh Museum in Amsterdam. Daar blijven ze tot en met 14 mei hangen, waarna ze worden gerestaureerd.
Van Goghs Zeegezicht bij Scheveningen (1882) en Het uitgaan van de Hervormde Kerk te Nuenen (1884/85) werden in de vroege ochtend van 7 december 2002 gestolen door twee dieven. Ze verkochten de doeken door, waarop ze vermoedelijk jarenlang achter een muur in een woning belandden. Ze waren in handen te zijn gekomen van de maffia in Napels. De werken zijn er redelijk ongeschonden vanaf gekomen.
Een van de dieven, Octave Durham, deed de afgelopen dagen zijn verhaal in de media en in een documentaire. Hij zat 3,5 jaar vast voor de roof en moet een schadevergoeding betalen van 350.000 euro. Hij hoopt dat nu de schilderijen terecht zijn, hij hier onderuit kan komen.