Japanners in de rij voor Nijntje-winkel
„Ooooh Nijntje!” roept een peuter op straat opgetogen als ze de Winkel van Nijntje in Zwolle ziet. De moeder geeft het meisje een hand en loopt snel verder. Wie wel een bezoekje aan de winkel brengt, zal waarschijnlijk niet met lege handen naar buiten komen.
Klompjes, bodylotion, badpakjes, haarelastiekjes, veel speelgoed en natuurlijk de bekende boeken. Ook peuters die Sloveens, Catalaans of Arabisch verstaan, komen aan hun trekken. De Nijntje-lectuur is in veertig talen verschenen. De buitenlandse versies staan vlak bij de Nederlandse uitgaven, die veel ouders wel kunnen dromen. „Op een dag zei vader pluis, wie gaat er met mij mee, naar de duinen en het strand, en naar de grote zee? Ik, riep Nijn, ik ga wel mee. Hoi-hoi, dat vind ik fijn.”
Er zijn zelfs pleisters met een vrolijk gekleurde afbeelding te koop. Het assortiment artikelen is uitgebreid en groeit nog steeds, volgens directeur Herbert Isacson. „De eenvoud van Nijntje spreekt veel mensen aan. Wie kent Nijntje niet?”
De eerste Winkel van Nijntje is bijna acht jaar oud, vertelt Isacson. „In oktober ’96 ben ik met een zaak in Amsterdam gestart. In 1998 kwam de vestiging in Breda erbij, in 2000 volgde Maastricht en twee jaar geleden Zwolle. Jaren geleden liep ik tijdens een bezoek aan Mercis, het kantoor dat de auteursrechten van Dick Bruna bewaakt, toevallig de directeur tegen het lijf. Die vertelde dat er behoefte was aan een winkel met uitsluitend producten van Nijntje. Ik had al 25 jaar een cadeau- en tijdschriftenhandel en een shop in een ziekenhuis. Het leek me een leuke uitdaging om met Mercis in zee te gaan. Met de cadeauartikelen- en tijdschriftenzaak ben ik dus gestopt.”
Het publiek dat de vier vestigingen bezoekt, is gemêleerd. „Vooral kinderen van 0 tot 6 jaar zijn dol op Nijntje. Die van 6 tot 12 jaar voelen zich er te groot voor. Vanaf 12 jaar gaan jongeren de plaatjes van Dick Bruna weer leuk vinden. Studentes bijvoorbeeld komen regelmatig langs. Ook aanstaande moeders snuffelen graag even rond. In Amsterdam komt het zelfs voor dat punkers -compleet met tatoeages- een Nijntje-dekbedovertrek kopen.”
Buitenlanders staan soms in de rij om een kijkje in een Winkel van Nijntje te nemen. „Mijn zaak in Amsterdam staat in iedere stadsgids. Ik hoef nooit te adverteren. Uitgeverijen bellen juist op om te vragen of ze mijn adres mogen vermelden. Vooral Japanners komen massaal op de winkel af. Nijntje is in hun land nog populairder dan Mickey Mouse. Vorige week was het vakantie in Japan. Dat merkten wij direct. Met bussen vol arriveerden ze. Het was zo druk dat de buren kwamen vragen wat er aan de hand was.”
Bij Japanners zijn vooral de pennen populair. „In hun eigen land zijn er ook wel winkels met Nijntje-pennen, maar ze vinden het geweldig om hier exemplaren te kopen die net iets anders zijn. Ikzelf betrek uit Japan producten als eetstokjes, stropdassen en Nina-knuffels.”
Artikelen van Nijntje die het niet goed doen, kan de ondernemer niet aanwijzen. „Opblaasspeelgoed zoals zwembandjes loopt altijd als een trein. Ik heb ze ’s winters wel eens uit het assortiment gegooid, maar dat was niet slim. Veel mensen gaan in die periode naar een vakantiepark met een zwembad. Ook plastic serviesjes en houten speelgoed doen het erg goed. Je moet niet vergeten dat mensen die ons bezoeken Nijntje leuk vinden. Ze komen er speciaal voor.”
Isacson koopt in zowel binnen- als buitenland producten in. „Verder laat ik artikelen maken, vooral op het gebied van kleding. Sweaters, rompertjes, maar ook badcapes. Mercis moet aan ieder ontwerp zijn goedkeuring geven. Op het kantoor werken meer dan twintig mensen. Die controleren onder meer de kwaliteit en de kleurstelling van de ontwerpen. Verder checkt Mercis de lijnen van de Nijntje-tekeningen op de artikelen. Het mogen nooit computerlijnen zijn. Dick Bruna tekende met de hand, dat moet terug te zien zijn.”
Bij vier Winkels van Nijntje blijft het niet, verwacht Isacson. „Ik probeer het hele land te bereiken. Zwolle is een tussenstap naar Groningen. Ook Den Haag, Rotterdam en Antwerpen lijken me geschikte locaties. Ik heb voorlopig alleen plannen in die richting. Eerst wordt mijn ziekenhuisshop verbouwd. Daarna kijken we weer verder.”