Israëlische soldaten zoeken naar resten strijdmakkers
Honderden Israëlische soldaten kropen donderdag op handen en voeten door de woestijn op zoek naar de resten van vijf strijdmakkers die woensdag omkwamen toen hun pantserwagen werd beschoten in het Palestijnse vluchtelingenkamp Rafah in de Gazastrook.
Israëlische gevechtshelikopters cirkelden donderdag boven Rafah terwijl soldaten op de grond met rubberhandschoenen aan en hun geweren over hun schouder zochten naar overblijfselen van hun collega’s. De vijf soldaten kwamen donderdag om toen hun met explosieven volgeladen pantserwagen werd geraakt door een raketgranaat. Hun resten werden door de explosie over een groot gebied verspreid.
Om de zoekende soldaten dekking te geven en om groepen Palestijnse strijders uit te schakelen, schoten de helikopters ten minste vijf raketten af op Rafah. Daarbij kwamen ten minste elf Palestijnen om en raakten er 29 gewond, aldus Palestijnse artsen. Bij een apart vuurgevecht tussen Palestijnse strijders en Israëlische soldaten kwam donderdag nog een Palestijn om. In totaal zijn bij het geweld in de Gazastrook deze week al 11 Israëlische soldaten en 27 Palestijnen omgekomen.
De intensieve zoektocht naar de resten van de soldaten donderdag leek een reactie op de gebeurtenissen rond een aanslag van Palestijnse extremisten op een Israëlische tank in Gaza-stad, twee dagen eerder. De Palestijnen gingen na die aanslag, die het leven kostte aan zes Israëlische soldaten, met lichaamsdelen van de militairen aan de haal en lieten die als trofeeën zien.
Om de lichaamsdelen terug te vinden, opende het Israëlische leger woensdag het grootste offensief in de Gazastrook in jaren. In de wijk Zeitoun in Gaza-stad werden vier torenflats met de grond gelijkgemaakt en tientallen huizen beschadigd, verder werden honderden olijfbomen ontworteld en werd de infrastructuur grote schade toegebracht. Zo’n 7000 Palestijnen hielden donderdag een demonstratie tegen de Israëlische vernielingen.
De Israëlische soldaten trokken zich donderdagochtend pas terug uit Gaza-stad. Kort na de terugtrekking kreeg Israël een deel van de overblijfselen van de gesneuvelde soldaten terug, op grond van een akkoord dat door bemiddeling van afgevaardigden van Egypte en de Palestijnse Autoriteit tot stand gekomen zou zijn. Israël verklaarde echter nooit een akkoord te hebben gesloten. In plaats daarvan bedankte de Israëlische premier Ariel Sharon de Egyptische president Hosni Mubarak omdat die de strijders zou hebben overgehaald de overblijfselen van de soldaten terug te geven.
De vader van een van de Israëlische soldaten die woensdag in Rafah werden gedood, Shlomo Vishinsky, gaf de Likud-partij van premier Sharon donderdag de schuld van dood van zijn zoon. Vishinsky, in Israël een bekend acteur, zei dat zijn zoon Lior de dupe is geworden van het hardvochtige Likud-beleid. „Het is wel duidelijk dat niemand in Gaza wil zijn, behalve de leden van Likud”, zei hij tegen de krant Yediot Ahronot. De leden van Likud verwierpen begin mei een door Sharon opgesteld plan voor de terugtrekking van Israël uit de Gazastrook.
Steeds meer Israëlische dienstplichtingen en militairen weigeren dienst in de bezette gebieden. Dat zegt de voormalige militair Yonathan Shapira in een vraaggesprek met de televisiezender Euronews dat vrijdag werd uitgezonden.
Shapira was vorig jaar al in het nieuws als een de 27 Israëlische piloten die een open brief ondertekenden waarin zij weigerden nog langer aanvallen uit te voeren op bevolkingscentra op de Westelijke Jordaanoever en in de Gazastrook. Het is de eerste keer dat een van deze ondertekenaars herkenbaar in beeld komt in een televisie-interview.