Dr. Tallach: Meer vrijheid om in China Evangelie te delen
Jarenlang werkte de Schotse christelijke arts dr. Cameron Tallach (73) in de Vredeskliniek in Hongkong. Het medische werk dat hij deed zag hij als een vorm van evangelisatie. Met welke vrucht? „God had een doel met ons, meer weet ik niet.”
Samen met zijn vrouw Ishbel (70) was dokter Tallach enkele dagen in Nederland. Zaterdag sprak hij tijdens een zendingsmiddag van Stichting De Lichtkring in Krabbendijke.
In 1974 vertrok dokter Tallach met zijn vrouw en twee kinderen naar een ziekenhuis in Taiwan om daar te werken als arts en om de Chinese taal te leren. Hun derde kind werd in Taiwan geboren. In 1979 vertrokken ze naar Hongkong om onder bootvluchtelingen te gaan werken. Toen de medische post in het vluchtelingenkamp moest worden afgebroken, werd hun een polikliniek aangeboden in een buitenwijk van Hongkong. Vanuit hun Vredeskliniek boden Cameron en Ishbel Tallach van 1993 tot 2003 hulp aan bootvluchtelingen en Chinezen die hun land ontvlucht zijn.
De gepensioneerde Schot woont nu samen met zijn vrouw weer in Schotland, op het eiland Skye. Twee broers van dokter Tallach zijn predikant in de Free Presbyterian Church in Schotland.
Hoe gaat het met het werk in de Vredeskliniek?
„Het is moeilijker geworden. In 1966 was de Vredeskliniek de enige kliniek in het gebied die mensen hielp bij medische problemen. Nu hebben ook andere dokters daar klinieken geopend en is het niet meer vanzelfsprekend dat mensen naar de Vredeskliniek komen. In China is er meer vrijheid gekomen om het Evangelie te brengen. De regering produceert nu zelfs Bijbels, zij het met bepaalde restricties.”
Waarom ging u naar China?
„Toen ik medicijnen studeerde, verlangde ik ernaar om mijn kennis in te zetten voor missionair werk. Ik zocht in gebed naar de wil van de Heere en kreeg interesse om naar China te gaan. Dat was niet mogelijk als missionaris, maar wel als arts. Ik bad: „Heere, wat wilt U dat zal ik doen?” Toen sprak de Heere: „Ga voor Mij naar China.” Daar haalde ik mijn kracht uit. Van over de hele wereld kwam er financiële steun: onder meer vanuit Canada, Schotland en Nederland. Ook mevrouw Mijnders-van Woerden en de toen pas opgerichte Stichting Bonisa droegen hieraan bij. Daarnaast hielp zij ook in gebed en door haar vriendschap.”
Hoe combineerde u uw taken als arts en evangelist in de kliniek?
„Veel mensen denken dat bijvoorbeeld onderwijs en medische hulp ter ondersteuning van evangelisatie dienen. Wij geloven echter dat het medische werk dat wij deden evangelisatie was. De Heere Jezus ging uit om te prediken, maar ook om te genezen. Wij nodigden mensen uit om met hen te bidden, zodat zij in aanraking kwamen met een God Die voor hen zorgde. Wij gaven hun dan bijvoorbeeld brochures over het Evangelie. Er was een kerkdienst in de Vredeskliniek waar wij mensen voor uitnodigden. We zochten mensen ook thuis op. Dan hadden we meer tijd om het Evangelie uit te leggen.”
Zag u vrucht op uw werk?
Bescheiden: „God bracht ons daar en Hij had een doel met ons, meer weet ik niet. Sommige mensen kwamen tot geloof, maar dan praat ik over kleine aantallen. Het gebeurde dat patiënten het Evangelie verder verspreidden in hun woonplaats als ze vanuit Hongkong naar huis gingen. Maar de Heere weet hoe gezegend mijn werk is geweest.”
Wat kunnen we leren van Chinese christenen?
„Ik kan niet spreken voor Nederland, maar in Schotland en Engeland hebben christenen niet dezelfde toewijding en waardering voor de Bijbel als in China. Christenen daar hebben vaak te maken met vervolging, maar ze willen nog steeds het Evangelie verkondigen. In Schotland gaat een deel van de bevolking nog wel naar de kerk, maar regelmatig de Bijbel thuis lezen, samen bidden of naar een gebedsbijeenkomst gaan is er vaak niet bij. We hebben meer toewijding nodig. Daarnaast is er meer nadruk nodig op wat de Heilige Geest aan ons wil geven dan op vormen.”