Kamp Vught wil groot archeologisch onderzoek
Nationaal Monument Kamp Vught wil een groot archeologisch onderzoek op het terrein van het voormalige concentratiekamp. Directeur Jeroen van den Eijnde heeft dat maandag aangekondigd naar aanleiding van een proefopgraving die in de afgelopen dagen is uitgevoerd. Het vermoeden bestaat dat er op het enorme terrein Kamp Vught bijvoorbeeld nog persoonlijke bezittingen van voormalige gevangenen zijn te vinden. Er zijn al eerder spullen gevonden, die nu al worden tentoongesteld.
Onthullende vondsten hebben de betrokken archeologen afgelopen dagen niet gedaan. Er werd gegraven in het verlengde van de spoorlijn die vorig jaar in ere werd hersteld. Van de oude spoorlijn werd niks gevonden. Wel werden bijvoorbeeld een veldfles, oude munitie en vliegtuigonderdelen uit de grond naar boven gehaald. Ook werden houten planken gevonden. Mogelijk gaat het om hout van barakken die op het terrein hebben gestaan maar dat is nog te vroeg om te zeggen, aldus Van den Eijnde.
Door de proefopgraving en de belangstelling van het publiek is ook het enthousiasme aangewakkerd. De directie gaat een plan maken voor een groter archeologisch onderzoek zoals dat eerder al werd gedaan in Amersfoort en Westerbork. Vervolgens gaat directeur Van den Eijnde op zoek naar geld. „Met een beetje geluk kunnen we volgend jaar al aan de slag”, zei hij maandag hoopvol.
In Kamp Vught zaten tussen 1943 en 1944 in totaal 31.000 Joden, zigeuners, verzetsmensen en anderen gevangen. Veel gevangenen werden vanuit Vught naar vernietigingskampen op transport gezet. In het kamp zelf kwamen 749 mensen om het leven door uithongering, mishandeling of het vuurpeloton. Vught werd in oktober 1944 bevrijd.