Het bloed van de draak blijkt helend
De bloed van de komodovaraan blijkt 48 stoffen te bevatten die infecties kunnen bestrijden. Het werd al langer aangenomen dat de grootste hagedis ter wereld zeer zuiverende en beschermende stoffen in zijn bloed heeft.
Onderzoekers van de George Mason University in Fairfax in de Amerikaanse staat Virginia hebben het bloed geanalyseerd en bleken verrast over de genezende stoffen die ze aantroffen.
De komodovaraan leeft op Komodo en enkele andere Indonesische eilanden. Hij kan 3 meter lang worden en dat leverde hem vroeger de betiteling ‘draak’ op. Hij heeft bacteriën in zijn bek die bijzonder giftig zijn. Aangezien hij zelf resistent is voor de beet van soortgenoten, werd al aangenomen dat hij krachtige afweermiddelen in zijn bloed heeft.
De onderzoekers zien medische potentie in de aanwezige antimicrobiële peptiden in het varanenbloed, schrijft The Economist. Deze zogenoemde AMP’s zijn veelal uitstekend in staat infecties te bestrijden. De wetenschappers bekijken nu of de AMP’s de traditionele antibiotica kunnen vervangen omdat bacteriën in toenemende mate hiervoor resistent blijken.