Iran test nieuwe man in Witte Huis
In deze rubriek reflecteren buitenlandredacteuren van het RD wekelijks op actuele gebeurtenissen in het nieuws. Vandaag: Iran test met raketlancering vooral de nieuwe Amerikaanse regering.
Iran probeert het weer eens. Het land lanceerde eerder deze week met succes een ballistische raket. Het projectiel kan met een kernkop worden uitgerust. Daarmee gaat Iran lijnrecht in tegen de internationale afspraken die in 2015 met het land zijn gemaakt.
Teheran ontkende overigens dat het met de rakettest de atoomdeal of resoluties van de VN-Veiligheidsraad heeft geschonden.
De nieuwe Amerikaanse president Donald Trump reageerde met het geven van een „officiële waarschuwing” aan Iran. En op Twitter verklaarde hij dat „Iran juist dankbaar zou moeten zijn voor de verschrikkelijke deal die de Verenigde Staten met ze hebben gesloten.”
Maar daar blijft het vooralsnog bij. Terwijl Trump tijdens zijn verkiezingscampagne nog herhaaldelijk had gedreigd dat hij het atoomakkoord met Iran per direct zou terugdraaien zodra hij zijn intrek in het Witte Huis had genomen.
De timing van de rakettest is niet toevallig, vlak na het aantreden van Trump als president. Kennelijk wilden de machthebbers in Teheran de Amerikaanse reactie testen op een overtreding van de voorwaarden uit het atoomakkoord.
Dat laat in elk geval de onbetrouwbaarheid van het Iraanse regime zien.
Het toont ook aan dat Iran nog steeds doorgaat met het ontwikkelen van wapentuig dat een dusdanig bereik heeft dat het een bedreiging voor Europa vormt. En op termijn mogelijk ook de Verenigde Staten.
De test past in de hernieuwde zelfverzekerdheid en regionale ambities die Iran na het opheffen van de sancties aan de dag legt. Die blijkt onder andere uit de inmenging in de oorlogen in Syrië en Jemen.
Vooral Israël maakt zich zorgen over de huidige aspiraties van Teheran. Want de Joodse staat ligt al helemaal binnen het bereik van de Iraanse raketten. Israël beschikt over een uitstekend afweersysteem tegen raketten, maar ook dat kent beperkingen – zeker als projectielen in groten getale op het land worden afgeschoten.
Overigens maakt Israël zich zo mogelijk nog meer zorgen om de ontwikkeling van kruisraketten door Iran. Kort na de test met een ballistische raket schoot Teheran een exemplaar van de nieuwste Sumar-kruisraket af. Dit wapen kan 2000 tot 3000 kilometer afleggen en dus Israël bereiken. Bovendien vliegen kruisraketten op zeer lage hoogte, waardoor ze vaak onder de radar blijven en dus niet uit de lucht te schieten zijn.
De grote vraag is of deze tests de toon hebben gezet voor een nieuwe, agressievere koers van Iran. En een nog grotere vraag is hoe de internationale gemeenschap daarop zal reageren. Laten we ons weer jarenlang door Teheran aan het lijntje houden?