In Marioepol vechten ze liever dan dat ze effect ‘Minsk’ afwachten
Op het strand van Marioepol oefenen vrijwilligers met schieten. Voor het geval het nodig is. Want een vredesakkoord heeft geen oplossing gebracht voor de oorlog in het zuidoosten van Oekraïne.
Lopend langs de met bloemen beschilderde badhokjes houden de verdedigers van de Zuidoost-Oekraïense stad Marioepol een krijgsgevangene onder schot. Met handgebaren geeft de voorste man signalen aan de manschappen achter hem. Tegenover hem een nieuwe vijand: een hond, iets groter dan een teckel, die uiteindelijk blaffend wegrent naar een huis. Nu deze tegenstander is verjaagd, loopt de groep richting het verzamelpunt, bij de houten banken.
Op deze zaterdagochtend bij min 13 oefenen vijftien mannen en een vrouw op het besneeuwde strand van Marioepol aan de bevroren Zee van Azov in het schieten, het overmeesteren van een sluipschutter en het in formatie te opereren. Ze noemen zich de Zelfverdediging van Marioepol en staan klaar om hun stad te beschermen zodra de pro-Russische rebellen Marioepol willen veroveren. Maar dan in het echt. Want ondanks het vredesakkoord van Minsk, getekend in februari 2015, komt er geen einde aan de gevechten tussen het Oekraïense leger en de door Rusland gesteunde separatisten, die een deel van Oost-Oekraïne bezitten. De frontlinie, waar nog elke dag wordt geschoten, ligt op 20 kilometer van het stadscentrum.
De Zelfverdediging van Marioepol is er niet gerust op dat de Minskovereenkomst de stad bescherming biedt. Volgens het akkoord moet er onder andere een staakt-het-vuren worden nageleefd, moeten zware wapens, zoals artillerie en raketsystemen, worden teruggetrokken, moet Oekraïne controle krijgen over de grens tussen Rusland en het gebied dat in handen is van de rebellen en moet de oostelijke regio via decentralisatie meer zelfbestuur krijgen. Van deze punten komt niets terecht.
De Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE) moet toezicht houden op de naleving van het akkoord. Maar ’s nachts kunnen de OVSE-waarnemers uit veiligheidsredenen niet patrouilleren, en daarmee is het vrij schieten voor het Oekraïense leger en de rebellen. Ook krijgen ze niet altijd tot alles toegang. De ongewapende OVSE is tandeloos, stelt Batja (23), een uit Azerbeidzjan gekomen journalist, na afloop van de training op het strand. „De OVSE mag niet vechten. Ze kunnen niets.”
De Zelfverdediging van Marioepol vormt deze ochtend een allegaartje. Je hebt de fanatiekelingen, volledig uitgerust in militaire kleding inclusief een kogelwerend vest. Ze weten hoe ze moeten schieten. Je hebt anderen in gewone kleren die les krijgen in schieten. Ze hebben moeite met het volgen van de orders van de werkloze instructeur en oorlogsveteraan Vasili (29).
De groep traint elke zaterdag, bestudeert militaire theorie en doet aan fitness. Uit hoeveel leden de organisatie in totaal bestaat, is geheim, zegt Vasili. Je moet de tegenstander niet wijzer maken.
De groep van vrijwilligers uit de stad werd opgericht toen de separatisten in het voorjaar van 2014 Marioepol een maand in handen hadden. Van enige verdediging was destijds geen sprake. Kiev had al jarenlang bezuinigd op het leger. „Toen begrepen we dat we zélf onze stad moeten beschermen”, zegt zeeman Ivan Vasilev (41) na de training.
Wat hem betreft mag het akkoord van Minsk de prullenbak in. „Dat stuurt aan op de wens van Rusland om van Oekraïne een federatie te maken met meer eigen macht voor Oost-Oekraïne. Deze regio kan er vervolgens voor kiezen om de Kremlinlijn te volgen. Zo kan Moskou invloed uitoefenen op wat er in Oekraïne gebeurt.”
De regering in Kiev is ervan overtuigd dat het Kremlin materieel en manschappen de ongecontroleerde grens overstuurt om de separatisten te steunen. Pas als Rusland zich niet bemoeit met Oost-Oekraïne kan er sprake zijn van de werking van het akkoord, denkt Vasili. „Dan kan Oekraïne aan opbouwen denken. Maar Rusland heeft een oorlog nodig om de eigen bevolking af te leiden van de eigen problemen.”
Anders rest er volgens Batja geen andere keuze dan dat Oekraïne voor zichzelf opkomt en de wapens oppakt. „We hebben toch niets aan het Minskakkoord.”