Waarden delen in verkokerde samenleving
Als we in Europa nauwelijks nog gedeelde waarden hebben, hoe kunnen ouders hun kinderen dan uitleggen dat belasting betalen nuttig is?
Dat is zo’n praktische vraag die maandag werd gesteld tijdens het forum over godsdienstvrijheid en rechtsstaat in Utrecht. De bijeenkomst was georganiseerd door het de werkgroep In Vrijheid Verbonden.
Burgemeester Jan van Zanen geeft de aftrap met een videoboodschap. Praten over godsdienst doen we vandaag de dag niet meer in een verzuilde samenleving. Maar nu is er de verkokering. „Velen sluiten zich op in bubbels van de sociale media, en hebben vervolgens alleen nog contact met gelijkgestemden. Net als de verzuiling brengt dit onverschilligheid.”
Ook prof. Herman Van Rompuy (oud-president van de Europese Raad) klaagt over sociale media. „Ik kom nog uit de oude verzuilde wereld. Maar als je alleen mensen treft die naar dezelfde boodschap luisteren, voer je geen echte dialoog meer.”
Zo’n dialoog moet worden gevoerd door mensen die het principieel met elkaar oneens zijn. „Een volwassen dialoog erkent ook de onoverbrugbare verschillen.”
Ondanks die verschillen zijn er wel gezamenlijke waarden nodig. Godsdienst kan helpen om te verbinden. „Maar mensen moeten niet het monopolie van het eigen gelijk uitdragen. Elke overtuiging dient open te zijn. Mensen blijven godzoekers, gelukzoekers en zinzoekers.”
Naarmate minder mensen geloven, zijn er andere bindingsmiddelen in de samenleving nodig, zegt Van Rompuy. „Alle mensen met een overtuiging hebben de plicht zich in te zetten. Ook christenen. Politiek is immers verweven met ethiek.”
Voor de lange termijn is het nodig dat waarden echt worden gedragen door een inspiratie, zegt Van Rompuy. „Anders houden ze het niet vol. Maar aan die inspiratie ontbreekt het soms.”
Dat is ook de vraag van prof. Beatrice de Graaf (hoogleraar geschiedenis internationale betrekkingen en lid van de ChristenUnie). „Wij proberen onze kinderen bij te brengen waarom bijvoorbeeld het betalen van belasting nuttig is. Omdat de overheid daar immers nuttige dingen mee doet, zonder dat de mensen in Den Haag er hun eigen zakken mee vullen. Maar op het schoolplein van onze kinderen hoor ik andere ouders best een cynische toon aanslaan. Ik vraag me af wat daartegen te doen valt.”
Geen neutraliteit
Boris van der Ham (voorzitter Humanistisch Verbond) knikt. „Het onderwijs in geschiedenis en normen en waarden moet veel meer prioriteit krijgen in het onderwijs. Neutraliteit bestaat ook niet.”
Ds. Klaas van der Kamp vraagt Van der Ham of hij in de samenleving „zijn ziel mag meenemen.” Natuurlijk, zegt Van der Ham. „Alle meningen zijn voor mij gelijk. Dus ik zal niet vragen Jezus niet te noemen. Het Nederlandse model van de verhouding van kerk en staat is voor mij te verkiezen boven het Franse model.”
Van der Ham denkt wel dat de godsdienstvrijheid juridisch gezien overbodig. Alle vrijheden die hieronder vallen worden keurig afgedekt door de vrijheid van meningsuiting en de vrijheid van vereniging en vergadering. Ook het recht om kinderen naar eigen overtuiging op te voeden is immers niet absoluut, zegt hij na afloop desgevraagd. „Ouders moeten hun kinderen zich ook een eigen mening laten vormen en die respecteren. De vrijheid van godsdienst creëert een soort ongelijkheid, die zich uit op medisch-ethisch vlak, bijvoorbeeld in besnijdenis van kinderen.”
De Graaf denkt dat Van der Ham onderschat dat de godsdienstvrijheid een „kernrecht” is. „De godsdienstige overtuiging en alle instituties die daarbij horen, bestond al voordat de overheid er was. Op dit punt is er veel religieuze ongeletterdheid.”
Volgens De Graaf moeten we er in een rechtsstaat mee leven dat een botsing van grondrechten niet op te lossen valt. „VVD-leider Rutte heeft nu weer gezegd dat een buschauffeur niet op religieuze gronden mag weigeren mensen een hand te geven. Dit voorbeeld is aan te vullen met van alles over boerka’s en boerkini’s. Zulke spanningen horen erbij in een rechtsstaat.”
Hand geven
Van der Ham knikt. „Maar er zijn gradaties. Als die chauffeur geen vrouwen in de bus zou laten, zou het te ver gaan.”
De enige moslim op het podium, Rasit Bal (voorzitter Contactorgaan Moslims en Overheid), is het ermee eens dat een hand geven bij de Nederlandse gebruiken hoort. Maar een rechtsstaat is niet gebaseerd op gebruiken, zegt hij. „Laat Rutte maar wettelijk vastleggen dat mannen een vrouw een hand moeten geven.” Van der Ham schudt nee. „Een samenleving is meer dan wetten.”
Bal zegt dat hij zich als moslim vaak moet verantwoorden, vooral natuurlijk vanwege moslimgeweld en terrorisme. „Soms is het net alsof ik berecht word. Ik heb daar geen moeite mee. Moslims komen uit een heel andere achtergrond. Nederlanders hebben er eeuwen over gedaan om deze rechtsstaat op te bouwen. Ik vraag me wel af waarom jullie Nederlanders er niet in zijn geslaagd al deze mooie dingen beter aan ons te verkopen.”