AMC begraaft doden voor onderzoek
Op een begraafplaats bij het Academisch Medisch Centrum (AMC) in Amsterdam wordt vanaf eind dit jaar onderzoek gedaan naar ontbindingsprocessen van overledenen. Het doel is om kennis op te doen voor het oplossen van misdrijven.
Amsterdam is de tweede plaats in Europa waar het mogelijk is om doden te begraven voor wetenschappelijk onderzoek, zo meldde het AMC eerder deze week. Ook in het Belgische Leuven kan dit. Wereldwijd zijn er enkele begraafplaatsen voor soortgelijk onderzoek. In het Australische Sydney is er zo’n kerkhof en Amerika bezit er meerdere. De oudste begraafplaats voor wetenschappelijk onderzoek is in Knoxville, in de Amerikaanse staat Tennessee.
Nog dit jaar begraaft het AMC het eerste lichaam op een wetenschappelijke begraafplaats in de tuin van het ziekenhuis. In vijf jaar tijd verwacht het AMC zo’n vijftig lichamen te begraven voor wetenschappelijke doeleinden.
„Een voornaam doel van deze begrafenissen is dat forensische wetenschappers kunnen volgen hoe het ontbindingsproces in een lichaam verloopt”, zegt hoogleraar anatomie Roelof Jan Oostra in een vakblad. „Criminelen begraven niet zelden hun slachtoffers, maar we weten weinig van wat er na zo’n begrafenis gebeurt. Toch kan die kennis zelfs van doorslaggevend belang zijn bij het oplossen van een misdrijf.”
Halve meter diep
Het AMC gaat de stoffelijke overschotten van mensen die hun lichaam ter beschikking hebben gesteld van de wetenschap begraven op een halve tot een hele meter diepte. Dat gebeurt zonder kist, om na te bootsen hoe slachtoffers van misdrijven worden begraven. De meeste illegaal begraven mensen liggen een halve tot ene hele meter diep onder de grond, zo is bekend uit onderzoek. Een aantal mensen heeft toestemming gegeven voor deelname aan het experiment. Na sluiting van de begraafplaats zorgt het AMC ervoor dat alle skeletdelen worden opgegraven. Die worden verder bewaard in het antropologisch archief van het ziekenhuis.
Oostra: „Na vijf jaar is een lichaam helemaal ontbonden. Als we nu weten wat er in de tussentijd gebeurt, is veel beter te zeggen hoe lang het geleden is dat iemand is overleden. Of hoe iemand om het leven is gekomen. Ook kunnen warmtemeters en grondradars beter zoeken naar een persoon.” Om te meten wat er gebeurt, krijgt elke dode meetapparatuur mee onder de grond. Bijvoorbeeld een e-nose, een elektronische neus die stofjes kan ruiken. Het AMC garandeert dat boven de grond niets te ruiken is van de ontbinding.
Ander klimaat
Nederland kon geen gebruikmaken van de begraafplaatsen in Amerika en Australië. „Het weer, het klimaat en de bodem zijn daar heel anders”, aldus Oostra. „Dat heeft uiteraard invloed op de ontbinding.”
De begraafplaats zal ongeveer 500 vierkante meter beslaan en is van buitenaf onzichtbaar. Behalve het AMC gaan onderzoekers en wetenschappers van de Universiteit van Amsterdam, de Universiteit Maastricht, het Nederlands Forensisch Instituut en het bureau Bijzondere Zoekingen van de politie aan de slag.