De Dow-Jonesindex, waarin de dertig belangrijkste Amerikaanse beursfondsen zijn gebundeld, sloot 0,4 procent lager op 19.732,40 punten. De bredere S&P 500 zakte eveneens 0,4 procent en kwam op 2263,69 punten. De technologiegraadmeter Nasdaq ging 0,3 procent omhoog naar 5540,08 punten.

Na de verkiezingszege van Trump in november ging op Wall Street de vlag uit. Beleggers gingen er vanuit dat zijn beleid voor bedrijven gunstig zal uitpakken. De laatste week lijken zij evenwel een meer afwachtende houding te hebben aangenomen.

Oliereus ExxonMobil stond onder aan de Dow met een min van 1,8 procent. Farmaceut Merck en bank Goldman Sachs deden het met verliezen van 1,4 en 1,2 procent niet heel veel beter. Sterkste stijger onder de hoofdfondsen was zorgconcern UnitedHealth met een plus van 0,6 procent.

Netflix maakte een koerssprong van 3,9 procent. De aanbieder van internettelevisie rapporteerde woensdag nabeurs een veel sterker dan verwachte groei van het aantal abonnees. Ook de winst overtrof de gemiddelde prognose van analisten.

Tesla kreeg er 2,3 procent bij. De fabrikant van elektrische auto’s kreeg tot zijn opluchting te horen dat er geen wagens terug hoeven naar de garage naar aanleiding van een dodelijk ongeluk in mei vorig jaar. De verkeersveiligheidsdienst NHTSA heeft geen bewijs gevonden dat een mankement de crash heeft veroorzaakt.

Spoorbedrijf CSX werd bijna een kwart meer waard na berichten dat spoorwegdeskundige Hunter Harrison zich via een activistische investeerder met het beleid van het bedrijf wil gaan bemoeien. Branchegenoot Union Pacific won 2,4 procent na meevallende kwartaalcijfers.

De euro was 1,0655 dollar waard, tegen 1,0630 dollar aan het einde van de handelsdag in Europa. Amerikaanse ruwe olie werd 0,6 procent duurder bij een prijs van 51,39 dollar per vat. De prijs van Brentolie ging 0,5 procent omhoog, naar 54,21 dollar per vat.