Vijf tips om „preekkater” op maandag te bestrijden
Het fenomeen wordt wel ”preaching hangover” genoemd, wat zich laat vertalen als ”preekkater”, de dip waarin veel predikanten op maandag belanden. De Amerikaanse predikant en coach ds. Brian Croft geeft zijn collega’s in een blog tips om deze dag door te komen.
Vrijwel iedere pastor zal het fenomeen herkennen, schrijft de predikant van de Auburndale Baptist Church in Louisville in een blog op de website van het Southern Baptist Theological Seminary. De mentale, emotionele en geestelijke inzinking op maandagmorgen, die volgt op het met hart en ziel verkondigen van Gods Woord een dag eerder.
Een gemakkelijke remedie, medicijn of snelle oplossing voor het probleem is er niet. Wel zijn er volgens de predikant enkele praktische oefeningen die kunnen helpen in het gevecht tegen de maandagdip.
Hij spreekt uit ervaring. Ds. Croft houdt zich bezig met de praktische kant van het pastoraat en geeft trainingen op dit gebied. Ook zijn eigen preekkater bestrijdt hij met de oefeningen die hij beschrijft in de blog.
1. Bid en lees de Bijbel
Het lijkt een open deur, geeft de predikant aan. Om er eerlijk aan toe te voegen dat hij er desondanks op maandagmorgen niet altijd zin in heeft. „Toch is dit wat leven geeft aan onze vermoeide zielen. We moeten onszelf motiveren om door te gaan.” Zelfs, schrijft hij, als we geen zin hebben om ook maar ergens over na te denken, zelfs niet als het om God en Zijn Woord gaat. „Reiken naar het brood des levens helpt bij een goede start, als we de wekelijkse sleur weer ingaan.”
2. Ken je grenzen
Veel predikanten nemen op maandag een vrije dag. Wie er niet voor kiest deze dag door te brengen met familie moet zorgvuldig omgaan met de maandag, vindt ds. Croft. Hijzelf is niet in staat om te gaan met zware, tot nadenken stemmende emotionele begeleiding of conflictsituaties, in ieder geval niet vóór de lunch. Hoewel predikanten verschillend op de ‘kater’ reageren, heeft elk van hen op maandag een dosis onderscheidingsvermogen nodig bij het inplannen van die dag. Ds. Croft raadt zijn collega’s aan voorzichtig te zijn en zichzelf niet in een situatie te manoeuvreren waarin grote besluiten moeten vallen omdat ze wellicht niet zo scherp zijn als nodig is.
3. Lichamelijke oefening
Ds. Croft spant zich vier à vijf keer per week lichamelijk in. Als er één dag is waarop het vooral belangrijk is voor predikanten om zich fysiek in te spannen, schrijft hij, dan is dat de maandag. „Het doet pijn, na de zondag vaak veel meer dan normaal, maar een goede cardiovasculaire training op die dag is precies wat ik nodig heb om een preekkater te overwinnen.”
4. Stel haalbare doelen
De preekkater is in geen geval een excuus, stelt ds. Croft, om lui en onproductief te zijn. „Geef jezelf haalbare taken en wees er zeker van dat je doorzet om ze te verwezenlijken.”
Hij spoort predikanten die een vrije dag hebben aan om beschikbaar te zijn voor vrouw en kinderen zodat hun gezin geen last heeft van luilakkengedrag.
Wie een dagje in de studeerkamer doorbrengt en het maar moeilijk vindt om lang te studeren, raadt hij aan om zaken in te plannen die bij de gemoedstoestand passen. Ds. Croft besteedt op maandag tijd aan het checken van mails, het doen van simpele administratieve werkjes of boodschappen. Daarnaast plant hij bezoekjes waarvan hij weet dat ze in een ontspannen sfeer zullen verlopen.
5. Stilte
Als laatste adviseert de coach predikanten om voor wat stilte en afzondering te zorgen. „Soms combineer ik dit met mijn lichamelijke oefeningen in de ochtend. Ik houd ervan om naar het park te gaan, loop hard en breng enige tijd in stilte door, weg van mensen, samen met God. Stilte kan heilzaam zijn als we de vorige dag gebombardeerd zijn met woorden en mensen.” De stilte zorgt ervoor dat hij in staat is de maandagdip door te komen.
De predikant hoopt dat anderen iets aan zijn tips hebben. Hij sluit af met een laatste goede raad: „Vergeet niet, als je een lange, zware, conflictvolle maandag onder ogen moet zien omdat de gemeente dit nodig heeft: Gods genade is genoeg om de dag mee door te komen.”