„Gereformeerde gezindte kan Museumkaart beter gebruiken”
De Museumkaart verheugt zich in een stijgende populariteit. Bijna 1,3 miljoen mensen hadden afgelopen jaar een Museumkaart. Vijf gebruikers aan het woord.
„Naar Joodse musea omdat ik ’n Joods hart heb”
Naam: Cor Burggraaf (53) uit Stolwijk.
Museumjaarkaart sinds: „2001.”
Aantal bezoeken: „Zes tot tien keer per jaar.”
Met wie: „Soms alleen, soms met mijn vrouw, kinderen of een vriend.”
Welke: „Allerlei musea die te maken hebben met mijn interessegebieden: vooral Joodse cultuur en geschiedenis, maar ook vaderlandse, oude en cultuurgeschiedenis. Ik kom graag in het Rijksmuseum in Amsterdam, het Rijksmuseum voor Oudheden in Leiden en Boymans Van Beuningen in Rotterdam. De Hollandsche Schouwburg, het Nationaal Holocaust Museum en het Joods Historisch Museum bezocht ik meermalen. In het Anne Frank Huis bedacht ik hoe zij daar haar dagboek schreef en vandaar was afgevoerd. Het Scheepvaartmuseum met een expositie over Michiel de Ruyter en het Dordrechts Museum over de gebroeders De Witt vond ik erg interessant.”
Favoriet: „Het Joods Historisch Museum in Amsterdam. Omdat ik „een Joods hart heb”, zeggen mijn kennissen in Israël.”
„Normaal dat kinderen musea binnenlopen”
Naam: Ds. A. Goedvree (46) uit Uddel.
Museumjaarkaart sinds: „Een jaar of vijf. Aanleiding was dat we dat jaar niet op vakantie gingen. Ook vinden mijn vrouw en ik dat het normaal moet zijn voor kinderen om een museum binnen te lopen. Ik denk dat de Museumjaarkaart voor de gereformeerde gezindte veel mogelijkheden biedt, maar dat er nog weinig zicht op is.”
Aantal bezoeken: „Vijf à zes keer per jaar. Het is een flinke uitgave, maar wij halen ’m er altijd uit.”
Met wie: „Met vrouw en kinderen in de leeftijd van 9 tot en met 19 jaar. Wij plannen enkele zaterdagen per jaar waarop we een grote stad én een museum aandoen.”
Welke: „Het Rijks- en het Van Gogh Museum en NEMO in Amsterdam, het Openluchtmuseum in Arnhem, het Spoormuseum in Utrecht en de stoomtrein Hoorn-Medemblik. Daar krijgen we de kinderen altijd voor in de auto. Ook naar het Stedelijk Museum in Zwolle gaan we regelmatig.”
Favoriet: „Het Zuiderzeemuseum in Enkhuizen. Medewerkers daar betrekken de kinderen erbij.”
„Veelzijdigheid en educatie is belangrijk”
Naam: Joke Breukel (45) uit Hendrik-Ido-Ambacht.
Museumjaarkaart sinds: „Januari 2016.”
Aantal bezoeken: „Vorig jaar elf keer.”
Met wie: „Onze dochter van 10 en onze zoon van 6. Voor hen hebben we na een maand ook een kaart besteld, omdat we er op woensdagmiddag nogal eens op uittrekken. De enkele keer dat mijn man mee ging, kochten we voor hem een los kaartje.”
Welke: „Het Nederlands Openluchtmuseum in Arnhem, het Baggermuseum in Sliedrecht, twee keer Slot Loevestein, het Nederlands Militair Museum, Museumpark Orientalis in Heilig Landstichting, Kasteel Duivenvoorde in Voorschoten, Paleis Het Loo en twee keer het Nationaal Onderwijsmuseum in Dordrecht. Daarnaast bezochten we Kasteel Doorwerth, waar je vanaf dit jaar ook met een Museumkaart naar binnen kunt.”
Favoriet: „Het Nederlands Openluchtmuseum, vanwege de veelzijdigheid van de activiteiten. Het is een groot museum en het is educatief.”
Museum voor kinderboeken als favoriet
Naam: Liesbeth van Binsbergen (47) uit Rouveen.
Museumjaarkaart sinds: „Zomer 2012.”
Aantal bezoeken: „Het afgelopen jaar zeven keer.”
Met wie: „Meestal ga ik samen met mijn man, die ook een Museumkaart heeft. Regelmatig gaat onze jongste zoon mee. Hij heeft er geen, maar krijgt vaak wel studentenkorting. Soms ga ik met een vriendin.”
Welke: „Stedelijk Museum Alkmaar, Stedelijk Museum Zwolle, Museum de Fundatie Zwolle, Stedelijk Museum Groningen, Van Gogh Museum in Amsterdam, het Catharijneconvent in Utrecht en Museum Schoonewelle in Zwartsluis. Deze week wil ik het Drukkerijmuseum in Meppel bezoeken, waar een expositie over kinderbijbels loopt.”
Favoriet: „Het Kinderboekenmuseum in Den Haag. Als liefhebber en schrijfster van kinderboeken voel ik me daar uiteraard als een vis in het water. Er hebben vaak leuke, leesbevorderende activiteiten plaats. Jammer genoeg is Den Haag voor ons een beetje uit de buurt.”
„We wilden wat meer uitdaging en verbreding”
Naam: Rianne van Krimpen (32) en dochter Alicia (6) uit Ridderkerk.
Museumjaarkaart sinds: „Zomer 2016.”
Aantal bezoeken: „Sinds de aanschaf zes keer. Met nog zeven maanden te gaan, halen we het landelijke gemiddelde van 6,6 keer wel.”
Met wie: „Ik ga samen met Alicia. Na een paar jaar een abonnement op de dierentuin en de speeltuinvereniging wilde ik wat meer uitdaging en verbreding voor haar. We vinden de Museumjaarkaart allebei geweldig.”
Welke: „Het Nijntjemuseum in Utrecht, Paleis Het Loo in Apeldoorn, het Onderwijsmuseum in Dordrecht, het Museon in Den Haag en het Natuurhistorisch Museum Rotterdam. In dat laatste zijn we afgelopen vrijdag nog geweest. Binnenkort gaan we terug naar Rotterdam Voor Boijmans van Beuningen en het Nederlands Architectuurinstituut.”
Favoriet: „Het Museon. Daar hebben we het langst over nagepraat. Als een museum Alicia niet aanspreekt, gaan we weer weg. En meestal hebben we de meeste lol als de verwachtingen laag zijn.”