Wet hindert Egyptische christenen
Een confrontatie met de autoriteiten over schade aan een kerkgebouw in Egypte heeft afgelopen weekend drie koptische christenen het leven gekost. Het verkeersongeval waarbij zij omkwamen is het indirecte gevolg van een omstreden wet waarmee christenen in Egypte te maken hebben.
Een harde wind veroorzaakte afgelopen zaterdag schade aan een muur rondom een kleine, 1000 jaar oude kerk in het dorpje Taha al-’Ameda bij Samalut, ongeveer 235 kilometer ten zuiden van Caïro. Enkele gemeenteleden -een priester en twee leden van het kerkbestuur- wilden de schade die avond nog herstellen, waarop een moslim de politie belde. De Egyptische Hamayouni-wet, die bepalingen rond de bouw en de restauratie van kerken bevat, verbiedt herstelwerkzaamheden aan een kerkgebouw zonder dat daarvoor een vergunning is verkregen.
De agent arriveerde na middernacht in het dorp en wilde de drie christenen voor een verklaring meenemen naar Salamut. De priester en de kerkleden weigerden mee te gaan. Zij wilden hun medewerking uitstellen tot de volgende dag. Ze werden uiteindelijk gedwongen mee te gaan. Door een te hoge snelheid vloog de auto waarin zij zaten bij het dorpje Etsa uit de bocht en belandde in het kanaal. Daarbij kwamen de priester en twee kerkleden om het leven.
De oproerpolitie heeft het dorp afgesloten om de grote woede van de bevolking van Taha al-’Ameda in te tomen. Tijdens de begrafenis probeerden enkele kerkleden de plaatselijke bisschop, Paphnotius, te slaan. Ze verwijten hem niet genoeg te hebben gedaan om de aanhouding van de priester en de kerkleden te voorkomen.
Bisschop Paphnotius is een campagne tegen de bewuste wetgeving begonnen. Volgens hem zijn de christenen omgekomen omdat zij naar de mening van de officier de Hamayouni-wet schonden. „Wat gebeurd is, is moord.”
De wet is enkele jaren geleden versoepeld ten aanzien van het herstellen van kerkgebouwen, maar bij de uitvoering daarvan worden er regelmatig barrières opgeworpen. Bisschoppen die een vergunning aanvragen, moeten jarenlang wachten op de verlening daarvan. Anderen ontvangen een vergunning, maar worden in de werkzaamheden belemmerd door de veiligheidsdienst.
Door deze problemen komt het veelvuldig voor dat bisschoppen zonder over een vergunning te beschikken aan de slag gaan. Eventuele gevolgen hiervan zijn afhankelijk van de relaties tussen plaatselijke kerkleiders. Er zijn verschillende voorbeelden van herstelwerkzaamheden aan kerken die zonder noemenswaardige incidenten zijn verlopen. Maar steeds opnieuw ook ontstaan er problemen rond de uitvoering van de werkzaamheden.
Volgens bisschop Paphnotius zijn de moeilijkheden het gevolg van het onverantwoordelijke optreden van de politie. Ook een plaatselijke advocaat oefent kritiek uit op het handelen van de politie.
De problemen rond het herstel van de kerkmuur in Taha al-’Ameda staan niet op zichzelf. De kerk is eigenaar van een groot stuk land in het dorp, maar mag daar geen muur omheen bouwen. Ook de bouw van een grotere kerk wordt niet toegestaan. De bisschop vindt dat het oude kerkje te klein is voor de naar schatting 12.000 christenen die in de omgeving wonen.
De koptische patriarch Shenouda III heeft bij verschillende gelegenheden aangegeven dat de problemen vooral bij de uitvoering van de wet ontstaan. Niet bij de hogere autoriteiten, maar bij uitvoerders op een lager niveau. Tegelijkertijd geeft dit aan dat de autoriteiten op hoger niveau onvoldoende kunnen of willen doen om de problemen op lager niveau aan te pakken, is de patriarch van mening.
De problemen doen zich voor ondanks het feit dat de wetgeving ten aanzien van het herstellen van kerkgebouwen enkele jaren geleden versoepeld werd. Kerkleiders verwachtten toen dat de situatie op dit punt zou verbeteren.