Britten vermoord in Afghanistan
Een Afghaan en twee Britten die de Verenigde Naties hielpen met de voorbereiding van verkiezingen in Afghanistan zijn dinsdag in de onrustige Oost–Afghaanse provincie Nuristan door onbekenden vermoord. Dat heeft de Afghaanse vice–minister van binnenlandse zaken Hilalludin Hilal woensdag bekendgemaakt.
De drie troffen in Nuristan voorbereidingen voor de registratie van kiezers voor de presidents– en parlementsverkiezingen die in september moeten worden gehouden. De Britten waren in dienst van een Londense bewakingsfirma. De Afghaan was hun chauffeur.
Ondanks het geweld gaan de VN door met het registreren van de tien miljoen Afghaanse kiezers. Twee miljoen kiezers in de acht grote steden van het land zijn al geregistreerd, maar op het wetteloze platteland vordert de registratie maar langzaam. De VN hebben wel al gewaarschuwd dat er geen verkiezingen gehouden kunnen worden als de veiligheidssituatie in Afghanistan niet verbetert.
In een poging voor meer veiligheid te zorgen hebben de Verenigde Staten tweeduizend extra mariniers gestuurd naar het onrustige zuidoosten van Afghanistan. Daarnaast willen zij een nieuwe Afghaanse eenheid oprichten die de Amerikaanse soldaten moet gaan helpen de orde in dit deel van het land te bewaren.
De troepenversterking is vooral nodig in het gebied rond Tirin Kot in de provincie Uruzgan, de thuisprovincie van Taliban–leider mullah Mohammed Omar en andere kopstukken van het voormalige bewind. De situatie in de provincie blijft instabiel en veel analisten denken dat Omar zich nog steeds in het gebied bevindt.