Buitenland

Israëlische burgers helpen Syriërs in nood

Yoav Yeivin is een vlotte, moderne Israëliër met een kort baardje en haren die omhoog staan. Zijn grootmoeder was een Holocaustoverlevende. „Mij werd tijdens de opvoeding bijgebracht dat apathie dodelijk kan zijn. Dit is de reden dat we de campagne begonnen. Het idee werd geboren op Grote Verzoendag, tijdens het gebed. In verschillende steden baden groepen van 200 of 300 Israëliërs voor de kinderen van Syrië. We zeiden: Kinderen moeten erbuiten blijven. We besloten te helpen.”

23 December 2016 22:23Gewijzigd op 16 November 2020 09:26
Amaliah wil een veilige zone in Quneitra, net over de grens met Israel.  beeld Alfred Muller
Amaliah wil een veilige zone in Quneitra, net over de grens met Israel.  beeld Alfred Muller

Hij richtte de organisatie Mimoona op. Het doel was 150.000 euro in te zamelen om babyvoedsel en medicijnen te kopen. Inmiddels is er bijna 300.000 euro bijeengebracht. De donateurs komen vooral uit Israël. „We zijn gewone burgers, religieus of niet-religieus”, zegt Yeivin. „We behoren niet tot een bepaalde groep. Veel Holocaustoverlevenden droegen bij. We bewerken maar een kleine verandering, maar we doen wat we kunnen.”

Israeli Flying Aid (IFA) zorgt ervoor dat de goederen in Syrië terechtkomen. Gal Lusky richtte deze organisatie in 2005 op. Doel was hulp verlenen aan mensen in nood, ook waar dat niet mag van de autoriteiten. Het motto: „Niemand vraagt permissie een leven af te nemen; wij vragen geen permissie er een te redden.” IFA opereert niet vanuit Israël, maar uit andere landen. Zij en haar collega’s hebben documenten getekend dat de regering niet verantwoordelijk is voor hun veiligheid als ze zich in vijandelijke landen bevinden. „We hebben ons eigen onderhandelingsteam. Als er iets gebeurt, komt dat in actie.”

Zelf is ze in vele landen geweest, soms verkleed als moslima. Ze heeft gewerkt in Indonesië, Kasjmir en Darfur. „Je hebt geen tijd om bang te zijn. Je ziet dat mensen sterven.”

Amaliah, de organisatie van de zakenman Moti Kahana, hielp met het vervoer van Syrische kinderen naar Israëlische ziekenhuizen. Het leger zorgt dat de goederen van Amaliah in handen komen van betrouwbare distributeurs aan de andere zijde van 
de grens. Zijn organisatie spant zich ook in voor de oprichting van een veilige zone grenzend aan Israël rondom de stad Quneitra. In deze zone mag het Syrische leger niet komen. Daar moeten volgens hem medische goederen, voedsel en een veldhospitaal naartoe worden gebracht. Vervolgens moeten er scholen worden opgericht, zodat de Syrische kinderen weer systematisch kunnen leren.

In totaal hebben bijna 4000 Syriërs medische zorg gekregen in Israël. Ze worden door het leger naar ziekenhuizen in Noord-Israël gebracht. Het kan makkelijk zijn dat dat oploopt naar 10.000. De regering kijkt hoe gewonden uit Aleppo mogelijk via Turkije naar Israël kunnen worden gebracht.

Natuurlijk, er blijft altijd wantrouwen. Alsof Israëliërs niet in staat zijn iets goeds te doen zonder sinistere bijbedoelingen. Maar de kritiek leggen de hulpverleners naast zich neer. Ze willen een beetje licht verspreiden op de meest donkere plekken van de wereld.


RD-correspondent Alfred Muller levert wekelijks vanuit Jeruzalem commentaar op gebeurtenissen in Israël. Vandaag: Israëliërs helpen ook waar het niet mag.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer