Nederland in gevaar bij kernaanslag op NAVO
Grote delen van Nederland en Duitsland zouden zwaar te lijden hebben onder een aanslag met nucleair materiaal op het NAVO–hoofdkwartier. Een ontploffing van verrijkt uranium zou verder al snel zorgen voor 40.000 doden en 300.000 gewonden. Dat is de uitkomst van een geheime oefening binnen de NAVO, maandag in Brussel.
De NAVO wilde weten of het bondgenootschap voldoende is voorbereid op een terroristische aanslag, bijvoorbeeld door al–Qaeda. Vandaar dat maandag de oefening ’Zwarte Dageraad’ werd gehouden, in samenwerking met het Amerikaanse Centrum voor Strategische en Internationale Studies (CSIS).
De belangrijkste conclusie is dat de westerse wereld te allen tijde moet voorkomen dat terroristen nucleair materiaal, uit bijvoorbeeld de voormalige Sowjet-Unie, te pakken krijgen. „Als de kat echter eenmaal uit de zak is, zijn er niet veel goede opties", aldus CSIS–expert Flournoy. „We moeten echt zien te voorkomen dat dit soort materiaal in handen valt van terroristen."
Volgens Flournoy heeft al–Qaeda al meerdere pogingen gedaan om kernmateriaal te pakken te krijgen. Ook hebben leden van het terreurnetwerk contact gelegd met Pakistaanse experts om te leren hoe zij moeten omgaan met dit soort materiaal.
De acht grootste industrielanden, verenigd in de G8, hebben in 2002 afgesproken om de komende tien jaar 20 miljard dollar (16,6 miljard euro) uit te trekken voor de bewaking van sovjetopslagplaatsen van nucleair en chemisch materiaal. Vooral in de voormalige Sowjet-Unie is het gevaar voor zwarte handel in nucleair materiaal erg groot.