Kerk & religie

Column: Onbevestigde ambtsdragers

In de RD-bijlage Accent van 12 november lachen vier dienaren van geestelijk verwante kerkgemeenschappen de lezer toe. Wel laten ze zich somber uit over de in hun kerkgenootschappen gangbare liturgische invulling van de erediensten: die bevindt zich kennelijk in een niet te stuiten stroomversnelling.

D. Koole
19 December 2016 19:40Gewijzigd op 16 November 2020 09:23
CGK-vrouwendag in De Fontein in Bunschoten april dit jaar. beeld RD, Anton Dommerholt
CGK-vrouwendag in De Fontein in Bunschoten april dit jaar. beeld RD, Anton Dommerholt

Bij lezing kwamen er bij mij herinneringen op aan wat er in de twaalf generale synoden die ik heb mogen meemaken over de synodale tafels is gegaan. Er waren vragen te over: Welke Bijbelvertaling? Oude of nieuwe psalmberijming? Ritmisch zingen of niet? Wel of geen gezangen? Synodale commissies zijn soms nachtelijke uren in touw geweest om de voors en tegens af te wegen – wat vaak uitliep op ‘rood licht’. Als tegemoetkoming aan het verlangen naar het zingen van gezangen is besloten tot het samenstellen van de bundel ”Schriftberijmingen”. Over het algemeen is het gebruik daarvan minimaal, in elk geval in mijn eigen kerkelijke omgeving. Had men maar tijdig voor de klassieke gezangenbundels gekozen, heb ik weleens gedacht. Veel liederen daarin ademen de sfeer van Gods Woord en de Psalmen. Het zou een belangrijk deel van de kerken wellicht hebben weerhouden van een ongeremd gebruik van opwekkingsliederen.

Waarmee ik niet zeg dat alle opwekkingsliederen ongepast zijn. Maar het argument dat men met een eigentijdse invulling van de liturgie de jeugd geïnteresseerd houdt, heeft vaak alleen geldingskracht voor zover de jongeren zelf bij de liturgie betrokken zijn. Hier en daar neemt de instrumentale begeleiding van opwekkingsliederen zo toe dat men geneigd is aan een consult bij een audioloog te denken.

De kerkgemeenschap waartoe ik behoor, de Christelijke Gereformeerde Kerken, kampt met meer problemen dan alleen die van liturgische aard. Het thema van de vrouw in het ambt vertraagt de samenwerking met andere kerken, bijvoorbeeld als het gaat om de uitwisseling van predikanten in de Woordverkondiging.

In de eigen kerkgemeenschap is er geen ruimte voor de vrouw in het ambt van ouderling en diaken. Wel ben ik er herhaaldelijk getuige van geweest dat vrouwen voor bepaalde opdrachten of functies in de eredienst officieel werden ingewijd en van de predikant zegenend de handoplegging ontvingen.

Sommige gemeenten kennen, naar ik heb begrepen, naast de kerkenraad een zogenaamde beleidsraad, een adviserend instituut, van waaruit ideeën en suggesties naar de kerkenraad gaan. Het aantal vrouwen dat het scribaat waarneemt is ook in onze kerken niet gering. Ze missen weliswaar ambtelijke verantwoordelijkheid en stemrecht, maar in de vastlegging en uitwerking van besluiten ligt toch wel een zekere verantwoordelijkheid en een zekere mate van meedenken besloten.

Moet men vrouwen die deze taken waarnemen, zij het met een beperkte taakomschrijving, eigenlijk niet als onbevestigde ambtsdragers beschouwen? Ze zijn uiteindelijk op de hoogte van alle geheimenissen en gebeurtenissen die zich binnen de kerkelijke gemeenschap voordoen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer