Dat boeren door de bank genomen hun inkomsten zagen stijgen komt onder meer doordat hun energiekosten lager waren, dankzij de lage olieprijzen. Hier profiteerden met name tuinders van, aangezien er in kassen doorgaans veel energie wordt verbruikt. De algehele landbouwproductie kwam 1 procent hoger uit.

Varkensboeren dankten hun succes voor een groot deel aan de sterk gestegen vraag uit Azië naar varkensvlees. Daardoor leverden varkens dit jaar flink meer op.

Melkveehouders hadden juist te maken met lagere afzetprijzen. De prijs van melk lag ongeveer een tiende lager dan in 2015. Door het afschaffen van de melkquota in Europa kon er wel 8 procent meer melk worden geproduceerd, maar dat was niet voldoende om de prijsval te compenseren.

Akkerbouwers hadden merkbaar last van ontwikkelingen op de internationale markt, aldus de onderzoekers. Voor graan werden ongeveer 3 procent lagere prijzen gerekend door een graanoverschot op de wereldmarkt. De prijzen van groenten lagen zelfs 7 procent onder het niveau van vorig jaar door een aanbodoverschot in Europa. Alleen aardappelen en fruit werden niet goedkoper.

De inkomsten in de landbouw als geheel staan al langere tijd onder druk door de toename van het aanbod op de wereldmarkt. Sinds 1995 is de productie van de Nederlandse boerensector met bijna een kwart toegenomen, maar de inkomsten in dezelfde periode gemiddeld juist met 4 procent gedaald.