Te weinig toezicht in nieuwe prostitutiewet
In de nieuwe wet op de prostitutie en de mensenhandel (Wrp) die bij de Eerste Kamer ligt, is het toezicht op de thuisprostitutie en de escortsector onvoldoende geregeld. De Nationaal Rapporteur Mensenhandel doet in een maandag verschenen rapport de aanbeveling om dat toezicht op misstanden in die sectoren te verbeteren.
Rapporteur Corinne Dettmeijer heeft bij minister Ard van der Steur (Veiligheid en Justitie) daarop aangedrongen.
De rapporteur constateert op basis van onderzoek dat ongeveer de helft van de mogelijke slachtoffers van mensenhandel afkomstig is uit de thuisprostitutie en de escort. Er is volgens haar een verschuiving gaande van de raam- en bordeelprostitutie naar prostitutie in woningen en via escortservices. Dat gebeurt onder meer via internetcontacten. „Ook binnen die minder zichtbare prostitutiesectoren moet mensenhandel kunnen worden aangepakt”, vindt Dettmeijer.
De minister heeft volgens Dettmeijer bij de parlementaire behandeling van het wetsvoorstel in de Tweede Kamer niet duidelijk gemaakt hoe hij mensenhandel in de prostitutie in bij thuisprostitutie en escortservices wil voorkomen en bestrijden.
Zij vraagt in haar aanbevelingen ook aandacht voor een betere voorlichting aan klanten van sekswerkers. Dat is belangrijk indien een initiatiefwetsvoorstel wordt aangenomen voor de strafbaarstelling van bezoek aan sekswerkers die het slachtoffer zijn van mensenhandel. In dat geval kunnen de bezoekers worden vervolgd.
Verder wil zij een versterking van de sociale positie van sekswerkers die hun werk via de regels uitvoeren. Zij moeten een zakelijke bankrekening kunnen openen en zelf een bedrijf kunnen starten, aldus Dettmeijer.