Negen feiten over vijftigjarige Bijlmer
Het was 13 december 1966 toen de eerste paal werd geslagen in de Bijlmermeer. Vijftig jaar later wonen er veel studenten, en weinig gepensioneerden in de multiculturele wijk in Amsterdam-Zuidoost.
Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) publiceerde dinsdag cijfers over de jarige wijk. Negen feiten op een rij.
- Studenten in nieuwbouw
In woningen van na 1995 wonen meer werkenden en studenten dan in het oude deel van de Bijlmer. Daar wonen relatief meer gepensioneerden en bijstandsontvangers. Het percentage werkenden en de woningwaarde zijn sinds de grootschalige vernieuwingsoperatie in 1992 gestegen, maar minder snel dan in Amsterdam en de rest van Nederland.
- Laag inkomen
In de Bijlmer wonen relatief veel mensen met een laag inkomen. Ruim de helft van de inkomensontvangers in Bijlmer-Centrum had in 2014 een inkomen dat landelijk gezien tot de 40 procent met de laagste persoonlijk inkomens behoorde. Ook in Bijlmer-Oost zaten ruim vier op de tien inkomensontvangers in deze groep. Daarnaast had minder dan één op de tien Bijlmerbewoners een inkomen dat landelijk bij de 20 procent hoogste inkomens hoort.
- Weinig gepensioneerden, veel studenten
In 2014 was bijna 11 procent van de inwoners van 18 jaar of ouder in de Bijlmer student. Dat is meer dan gemiddeld in Nederland (ruim 6 procent), maar ook dan in Amsterdam (bijna 9 procent). Ruim 12 procent van de Bijlmerbewoners is gepensioneerd, en dat is aanzienlijk minder dan de 23 procent in de rest van Nederland. In de Bijlmer had 47 procent van de 18-plussers werk. Het percentage werkenden in de Bijlmer is sinds 2005 ongeveer gelijk gebleven, terwijl het percentage studenten is gestegen.
- Weinig kinderen
Het relatief hoge percentage studenten in de Bijlmer is ook terug te zien in de samenstelling van de huishoudens in de wijk. In 2014 vormden eenpersoonshuishoudens 55 procent van het totaal. Dat percentage is ongeveer even hoog als in Amsterdam, en hoger dan het landelijk gemiddelde van 37 procent. In de Bijlmer en de rest van Amsterdam wonen aanzienlijk minder stellen met of zonder kinderen dan in de rest van het land. Deze groep is tussen 1995 en 2014 kleiner geworden.
- Meer koopwoningen
In 2014 bestond 30 procent van Bijlmer-Oost en 20 procent van Bijlmer-Centrum uit koopwoningen. In 2005 was dat nog 22 en 9 procent. De gemiddelde WOZ-waarde van woningen verdriedubbelde in Bijlmer-Centrum tussen 1997 en 2015 tot 123.000 euro. Woningen in Bijlmer-Oost werden zelfs bijna vier keer zo veel waard in deze periode, waarmee de groei bijna gelijk is als het gemiddelde in Amsterdam. De gemiddelde WOZ-waarde van woningen in dit deel van de wijk was 144.000 euro in 2015. Een gemiddelde Amsterdamse woning heeft een WOZ-waarde van 232.000 euro.
- Veel nieuwbouw
Vanaf 1995 maakten de karakteristieke honingraatflats plaats voor laagbouw. Ruim een derde van de woningen werd gesloopt. Veel woningen die bleven staan werden gerenoveerd. Van de ruim 49.000 Bijlmerbewoners woont bijna 30 procent in een woning die in of na 1995 is opgeleverd.
- Werkenden in nieuwe woning
In woningen die vanaf 2005 zijn gebouwd is het aantal werkenden onder 18-plussers het hoogst vergeleken met woningen uit de andere bouwfasen. Alleenstaanden vormen hier een grotere groep dan in de woningen die tussen 1995 en 2005 zijn gebouwd, wat mogelijk te maken heeft met de grote groep studenten. Het aantal 18-plussers dat een werkloosheids-, bijstands- en pensioenuitkering ontvangt, is juist weer het laagst in woningen uit deze bouwfase.
- Veel Surinamers
In de woningen die tussen 1995 en 2005 zijn gebouwd, wonen de minste mensen alleen. Het percentage huishoudens met kinderen is hier het hoogst. Ruim de helft van de 18-plussers in deze huizen heeft werk. Dat is verhoudingsgewijs meer dan in de woningen van voor 1995 en vergelijkbaar met het deel van de Bijlmer dat vanaf 2005 is gebouwd. Ruim de helft van de 18-plussers heeft een Surinaamse migratieachtergrond, wat meer is dan gemiddeld in de Bijlmer (33 procent). Vergeleken met de andere woningen is de groep mensen met een Nederlandse achtergrond in woningen uit deze bouwfase het kleinst.
- Alleen in oude woning
In woningen van voor 1995 wonen in vergelijking met de rest van de Bijlmer veel alleenstaanden en weinig stellen. Het percentage werkenden in de woningen van voor 1995 is met bijna 44 procent het laagst, terwijl de groep mensen in de bijstand het hoogst is. Ook wonen er relatief veel gepensioneerden en mensen met een niet-westerse achtergrond in dit deel van de Bijlmer.