De toonaangevende Dow-Jonesindex stond met een winst van 0,2 procent op 19.167 punten. De bredere S&P 500 daarentegen ging 0,4 procent omlaag naar 2190 punten. De technologiegraadmeter Nasdaq leverde 1,4 procent in en stond tussentijds op 5249 punten.

De olieprijzen stegen voor de tweede dag op rij flink, na een akkoord binnen oliekartel OPEC over een productieverlaging. Die moet een einde maken aan het structurele overaanbod dat de prijzen al meer dan twee jaar sterk drukt. De prijs van een vat Amerikaanse olie steeg 4,3 procent tot 51,55 dollar. Voor een vat Brentolie werd 54,27 dollar neergeteld, een stijging van 4,7 procent.

Bovenaan de Dow met een winst van 2,9 procent stond oliemaatschappij Chevron. Branchegenoot ExxonMobil kreeg er 1 procent bij. Buiten de Dow maakte Chesapeake Energy een koerssprong van 3,4 procent, terwijl oliedienstverlener Schlumberger 1,6 procent meer waard werd.

Bij de hoofdfondsen gooiden Goldman Sachs en JPMorgan Chase eveneens hoge ogen, met plussen van ruim 2 procent. Beleggers sorteren voor op een spoedige renteverhoging door de Federal Reserve, de koepel van centrale banken. Een hogere rente is doorgaans goed voor de winstgevendheid van banken.

Het wachten is op het belangrijke maandrapport over de arbeidsmarkt dat de overheid vrijdag publiceert. Als daaruit blijkt dat de werkgelegenheid afgelopen maand verder is blijven toenemen, zal dat beleggers sterken in hun overtuiging dat de Fed nog deze maand de rente zal verhogen.

Onderaan de Dow stond software- en technologiereus Microsoft met een verlies van 2,2 procent. Smartphonemaker Apple , IT-concern IBM en chipproducent Intel leverden 1 tot 1,8 procent in. Buiten de hoofdfondsen stond ook bij onder meer Facebook (min 2,9 procent), Twitter (min 2,5 procent) en Tesla (min 2 procent) de koers onder druk.