Het Poolse Lagerhuis moet Belka’s benoeming nog bekrachtigen. Gebeurt dat niet, dan worden er waarschijnlijk deze zomer verkiezingen gehouden, een jaar voordat de regeringstermijn afloopt.

Bezuinigingen die Polen moest doorvoeren om tot de Europese Unie te kunnen toetreden, maar ook beschuldigingen van corruptie en een mislukte hervorming van de gezondheidszorg hebben Millers regering in diskrediet gebracht en een scheuring binnen zijn partij veroorzaakt. Volgens de laatste peilingen, afgelopen week, had Millers regeringscoalitie nog maar steun van 4 procent van de Polen en Miller zelf van 7 procent. Miller had gezegd te zullen aftreden zodra de toetreding een feit was.

Belka geniet de steun van het bedrijfsleven vanwege zijn strenge fiscale beleid, maar beloofde als premier het scheppen van banen en hervorming van het zorgstelsel voorop te stellen. Of hij in het parlement voldoende steun krijgt om Polens torenhoge schuldenlast en werkloosheid van 20 procent omlaag te brengen, wordt betwijfeld. Om de continuïteit te waarborgen heeft hij enkele belangrijke ministers uit het kabinet van Miller gehandhaafd, onder anderen Wlodzimierz Cimoszewicz (Buitenlandse Zaken), Jerzy Szmajdzinski (Defensie) en Jerzy Hausner (Economie).

Wat de Poolse militaire aanwezigheid in Irak betreft heeft Belka gezegd het beleid van Kwasniewski en Miller -in Irak blijven totdat de situatie zich daar stabiliseert- te zullen voortzetten.

Belka werkte het afgelopen jaar in Irak aan de wederopbouw van de Iraakse economie. Daar ging hij, in tegenstelling tot zijn Amerikaanse collega’s, in hemdsmouwen en zonder lijfwachten aan het werk. Die onopvallende aanpak gaf hem een betere bescherming, vond Belka.

Miller zei in zijn afscheidsrede dat hij niettegenstaande de problemen waarin zijn regering terecht is gekomen, trots is op het bereiken van het EU-lidmaatschap, het belangrijkste doel dat zijn regering zich gesteld had. „Ik ben er trots op aan het hoofd te hebben gestaan van een regering die heeft bereikt wat onmogelijk leek”, zei hij.