Zendingswereld verdeeld over nut van begrip zendingsveld
Het zijn overbekende termen: zendingsveld, thuisland. Dr. Eleonora Hof vindt ze echter te kolonialistisch en militaristisch en wil ze afschaffen, zo viel woensdag in het RD te lezen, in een interview naar aanleiding van haar proefschrift. Betrokkenen bij het zendingswerk herkennen niet altijd de gevoeligheden die Hof erin leest.
Drs. J. H. C. Kooijman, als missioloog werkzaam bij Zending Gereformeerde Gemeenten (ZGG), zegt graag kennis te nemen van Hofs proefschrift om te weten wat zij precies met haar stelling bedoelt.
ZGG wil haar taalgebruik niet enten op missiologische golfbewegingen, zegt Kooijman, maar op de Schrift. „Daar worden nadrukkelijk termen als strijd gebruikt, zoals in Romeinen 15:30: „Strijd met mij in de gebeden.” Die strijd bij Paulus zien we ook in het werk van ZGG. We hebben het pond van de opdracht ontvangen (Lukas 19:12-13), en staan dan ook niet verbaasd als we tegenstand ontmoeten. Dat heeft de Heere Jezus ons voorzegd.”
Ernst
ZGG is vanouds gericht op pionierswerk, op het brengen van de Naam van Christus daar waar Die nog niet eerder is verkondigd. Hier is volgens Kooijman geen sprake van romantiek of militarisme. „De metafoor van de strijder past in die zin goed bij de werkelijkheid van het zendingswerk van ZGG. Ook kan de werker in het buitenland niet zonder de steun van de zendende gemeente. Daar hoort geen kolonialisme bij zonder respect voor de ontvangende cultuur of zonder aandacht voor wederkerigheid. Zending wordt verricht vanuit de ernst dat nog steeds miljarden mensen leven en sterven zonder het Woord en met een gegeven opdracht om alle volken in Christus’ Naam bekering en vergeving der zonden te prediken.”
Ook drs. J. van ’t Spijker, docent missiologie en evangelistiek aan de Theologische Universiteit Apeldoorn, zegt geen moeite te hebben met de termen thuisland en zendingsveld. „Tijdens de grote wereldzendingsconferentie in 1910 werd nog gesproken over het veroveren van de wereld, maar vanaf de jaren zestig hebben we het op zes continenten over zending. De overtuiging is gegroeid dat het zwaartepunt van het wereldchristendom verplaatst is naar het Zuiden en het Oosten.”
Terecht vindt drs. Van ’t Spijker het wel dat dr. Hof de kwetsbare relatie tussen zending en kolonialisme aan de orde stelt. „Ik heb enkele jaren gewerkt in Mozambique. Daar zag men het christendom als de godsdienst van het Westen. De zending liep in het verleden altijd in het voetspoor van de koloniale machthebbers. De inheemse kerken hebben daar ook kritiek op gegeven.”
Dr. G. Noort, directeur van de Nederlandse Zendingsraad (NZR), vindt het niet opvallend dat Hof pleit voor afschaffing van de termen zendingsveld en thuisland/thuisfront. „In grote delen van kerk en zending zijn die termen al in de jaren zestig in onbruik geraakt, vanwege het toen doorbrekende besef dat er kerken zijn op zes continenten en dat zending in en vanuit die zes continenten plaatsvindt. Ook toen al wilde men het kolonialisme doorbreken en duidelijk maken dat mission, zending, geen eenrichtingsverkeer is vanuit ”the West to the rest”.”
Lastig
Het willen afschaffen van termen roept echter altijd de vraag op of oude termen opnieuw ingevuld kunnen worden, aldus dr. Noort. „Bij de term zendingsveld is dat lastig. De betekenis van ver weg, tropisch en koloniaal verleden blijft dicht onder de oppervlakte. Ik heb de indruk dat Hof te weinig ruimte overlaat voor de rol en de plaats van de zendingswerker. Het is te kort door de bocht om het begrip pionierswerk op te geven omwille van een eenzijdige gerichtheid op Europa. Vergeten wordt dat een groot deel van de zendingswerkers niet meer uit het Westen komt maar uit kerken in het Zuiden. Denk aan Nigeriaanse zendingswerkers in Nederland en Europa.”