Volgens aartsbisschop Paul Matar had het kerkbestuur sinds de voltooiing van de bouw van de kathe­draal in 1894 de wens om de toen 20 meter hoge toren tot een hoogte van 75 meter te verlengen, net als die van de Santa Maria Maggiore in Rome. Die kerk stond model voor de kathedraal. Echter, om een boodschap van vreedzaam samenleven uit te stralen, werd de toren 3 meter lager.

De moskee opende in 2008 haar deuren en werd gebouwd op initiatief –en deels met geld van– de in 2005 vermoorde Libanese premier Rafiq al-Hariri. Hij ligt naast de moskee begraven. „Toen de moskee gebouwd werd, waren we blij dat er een kerk en een moskee naast elkaar zouden staan”, zei Matar gisteren tegenover AhlulBayt News Agency.

Hij vindt dat passen bij Libanon, dat van 1975 tot 1990 geteisterd werd door een burger­oorlog. Sindsdien zijn christenen niet langer in de meerderheid in het land, doordat velen van hen naar het buitenland vluchtten. De St.-Georgekathedraal werd tijdens de oorlog ernstig beschadigd. Het duurde tien jaar voordat ze herbouwd was. De gelijke hoogte van de toren en de minaretten straalt volgens de geestelijke „gelijkheid en harmonie uit.”

Niet iedereen is echter die mening toegedaan. George Arbid, directeur van het Arabisch Centrum voor Architectuur, stelt dat er sprake is van competitie. „Het is een voortzetting van de rivaliteit tussen de godsdiensten over hun aanwezigheid in de stad.”