Nieuwe kansberekeningen op basis van nieuwe DNA-technieken waaruit alsnog zou blijken dat de verdachte betrokken was bij de fatale roofoverval op de 33-jarige filiaalchef, vormt volgens het hoogste rechtscollege onvoldoende grond voor een herziening van de zaak.

Het is de eerste keer dat het OM om deze zogenoemde herziening ten nadele vraagt. Dat is mogelijk sinds een wetswijziging uit 2014. De vrijspraak van een van de verdachten in de Ridderkerkse zaak speelde daarin een voorname rol. Tot aan de wetswijziging van vorig jaar was het niet mogelijk een verdachte tweemaal voor hetzelfde feit te vervolgen. Voorwaarde is wel dat in een onderzoek sprake is van nieuwe omstandigheden of een nieuwe ontwikkeling, een zogenoemd novum.

Het Openbaar Ministerie dacht met een nieuwe kansberekening op basis van een nieuwe techniek alsnog te kunnen komen tot een veroordeling van de vrijgesproken verdachte. Uit onderzoek door het Nederlands Forensisch Instituut kwam in 2002 naar voren dat de kans dat het gevonden DNA-materiaal van een andere persoon dan de verdachte afkomstig was kleiner was dan 1 op 100.000. De rechter sprak de man mede daarom destijds vrij.

Op basis van een nieuwe techniek is in 2007 door het NFI echter vastgesteld dat de kans dat het DNA van iemand anders is dan de vrijgesproken verdachte, nog kleiner is, namelijk 1 op 1 miljard.

De Hoge Raad vindt dat deze nieuwe kansberekening onvoldoende grond oplevert voor een herziening. De rechter had een zeer kleine kans - 1 op 100.000 - destijds al meegewogen naast het andere bewijs tegen de vrijgesproken verdachte, aldus het arrest.

De bedrijfsleider van het Aldi-een filiaal werd destijds doodgeschoten na een worsteling tijdens de overval me overleed ter plaatse. Op een van zijn nagels werd DNA-materiaal aangetroffen.