Unesco: om de vijf dagen journalist gedood
Van 2006 tot 2015 zijn wereldwijd 827 journalisten tijdens de uitoefening van hun werk gedood, gemiddeld één per vijf dagen. Dat blijkt uit cijfers van VN-organisatie Unesco. Alleen vorig jaar al kwamen er 115 mediavertegenwoordigers om het leven; in slechts 8 procent van de gevallen werd de toedracht opgehelderd en zijn de daders vervolgd.
De VN-club voor onderwijs, cultuur en wetenschap publiceerde de cijfers voorafgaand aan de ‘Internationale Dag’ tegen de straffeloosheid van misdaden tegen journalisten die woensdag, onder meer in Den Haag, wordt gehouden. In de rapportage ‘Veiligheid van journalisten en het gevaar van straffeloosheid’ wordt niet alleen aandacht gevraagd voor de vele dodelijke slachtoffers, maar wordt ook gewezen op misdrijven als ontvoering, marteling, intimidatie of inbeslagname van onderzoeksmateriaal.
De Arabische landen zijn het gevaarlijkst voor de pers. In de conflictgebieden Syrië, Irak, Jemen en Libië werden in 2014 en 2015 78 journalisten omgebracht, meer dan een derde van het totaal wereldwijd (213). De meeste andere riskante oorden om te werken lagen in Latijns-Amerika (51), Azië (34) en Afrika (27). In ons land ligt de recente dood van fotojournalist Jeroen Oerlemans in Libië nog vers in het geheugen.