IJsland kiest tussen Piraten en regering
De Piratenpartij maakt zaterdag kans om met andere oppositiepartijen de parlementsverkiezingen van IJsland te winnen. Volgens peilingen zal de door de Piraten geleide oppositie meer stemmen behalen dan de centrumrechtse regering.
De door hackers en anti-auteursrechtactivisten opgerichte partij wil onder meer corruptie bestrijden, asiel verlenen aan de Amerikaanse klokkenluider Edward Snowden en de toepassing van de virtuele munt bitcoin uitbreiden. De regeringspartijen wijzen op hun succesvolle economische beleid: het toerisme bloeit en de economie groeit dit jaar naar verwachting met 4,3 procent. De regerende Onafhankelijkheidspartij blijft naar verwachting de grootste, maar verliest waarschijnlijk de meerderheid die het nu heeft met coalitiegenoot de Progressieve Partij.
De vervroegde verkiezingen van zaterdag werden uitgeschreven nadat het schandaal rond de Panama Papers de vorige IJslandse premier tot aftreden had gedwongen. Sigmundur David Gunnlaugsson en zijn echtgenote bleken miljoenen euro’s aan familiekapitaal bij een offshorebedrijf te hebben ondergebracht dat belangen had in IJslandse banken.
In 2013 wonnen de Piraten drie zetels in het 63 leden tellende Althing, vaak beschreven als ’s werelds oudste volksvertegenwoordiging. Normaal gesproken is de opkomst met 80 procent hoog op het eiland, maar net als elders zijn jongeren vaker dan andere leeftijdsgroepen geneigd niet te stemmen. Dat kan een nadeel zijn voor de Piratenpartij.