Donner wil opheldering van jeugdinrichting Den Engh
Minister Donner (Justitie) heeft de directie van de justitiële jeugdinrichting Den Engh, gevestigd in Den Dolder en Ossendrecht, om opheldering gevraagd over het mogelijk bewust verzwijgen van geweld door en bij kinderen van de inrichting. Als er vervolgens aanleiding toe is, zal Donner een eigen onderzoek instellen, zo verzekerde hij dinsdag de Tweede Kamer.
Het Utrechts Nieuwsblad schreef de afgelopen dagen over verschillende regels die overschreden zouden worden in Den Engh. Donner gaf dinsdag aan dat de beschuldigingen van ex–medewerkers „voor een deel een recycling van oude roddels zijn en voor een deel een vertekend beeld weergeven".
Desondanks wil hij opheldering van de jeugdinrichting, omdat het volgens hem van belang is dat onjuiste verhalen snel uit de wereld worden geholpen. Hij benadrukte dat dan ook de Kamer niet „met een geluidversterker" roddels verder moet verspreiden.
In het Utrechts Nieuwsblad wordt door oud–medewerkers een beeld geschetst van een directie die er niet voor terugdeinst haar personeel onder druk te zetten. Geweld en verkrachtingen zouden om die reden niet gemeld mogen worden, zodat pupillen van Den Engh geen strafblad krijgen.
Donner gaf in antwoord op vragen van VVD–Kamerlid Örgü aan dat in ieder geval een aantal beschuldigingen „zonder substantie" zijn. Andere had hij nog niet kunnen uitzoeken. Hij kondigde aan dat de duidelijkheid van de Den Engh–directie „zo snel mogelijk" moet komen.
