In de woning van Jabr al-Bakr in Chemnitz werden zaterdag 1 pond explosieven en 1 kilo chemicaliën gevonden, bestemd voor een terroristische aanslag. De Duitse minister van Binnenlandse Zaken De Maizière zei maandagmiddag dat de voorbereiding op een aanslag in het huis in Chemnitz overeenkomsten vertoont met de bomaanslagen die in Parijs (november 2015) en Brussel (maart 2016) zijn uitgevoerd.

De Syriër kon bij de inval in Chemnitz ontkomen. De Duitse veiligheidsdienst had de politie op het spoor van de verdachte gezet.

Jabr al-Bakr is in Duitsland officieel als vluchteling geregistreerd. De politie kreeg bij de aanhouding in Leipzig hulp van de eigenaar van het huis waar de verdachte zich ophield. Al-Bakr zou deze hem onbekende man op het station hebben aangesproken en om onderdak hebben verzocht. De man stemde in, maar waarschuwde telefonisch de politie. Toen die de inval deed, bleek de huiseigenaar de verdachte zelfs te hebben vastgebonden.

De politie heeft ook de huurder van de woning in Chemnitz waar al-Bakr verbleef, wegens medeplichtigheid aangehouden. Het gaat om een 33-jarige man uit Syrië. Hij werd gepakt op het centraal station van Chemnitz. Ook deze verdachte staat officieel als vluchteling geregistreerd.