Buitenland

Machtsoverdracht Irak nog onhelder

Tien weken voor de geplande machtsoverdracht in Irak is nog steeds niet duidelijk wie het land moet gaan regeren. Ook staat nog niet vast hoe de leden van de voorlopige regering moeten worden gekozen.

Buitenlandredactie
23 April 2004 21:40Gewijzigd op 14 November 2020 01:10

Het plan van het Amerikaanse bestuur om voormalige leden van de Ba’ath-partij van de verdreven dictator Saddam Hussein posten in de regering te geven, is slecht gevallen bij Ahmed Chalabi. Hij is een vooraanstaand lid van de regeringsraad en was voorzitter van de commissie die ministeries juist moest ontdoen van Ba’ath-leden.

Chalabi vergeleek vrijdag het Amerikaanse plan met deelname van nazi’s aan de Duitse regering na de Tweede Wereldoorlog. „Dit beleid zal grote problemen opleveren bij de overgang naar democratie en elke overgangsregering die de VN samenstellen in gevaar brengen”, zei hij.

De VS willen door het aanstellen van voormalige Baath-leden de soennitische minderheid weer bij het politieke proces betrekken, in de hoop dat het verzet van de soennieten daardoor afneemt. Velen van hen zijn na de val van Saddam Hussein ontslagen.

De Amerikaanse bewindvoerder in Irak, Paul Bremer, heeft vrijdag laten weten ook duizenden leraren die waren ontslagen wegens hun lidmaatschap van de Ba’ath-partij, hun baan te willen teruggeven. Hij noemde het wel een juist besluit om leraren en universitaire docenten te ontslaan omdat ze lid waren van die partij, maar hij erkende dat de maatregel niet op een goede manier was uitgevoerd. Daardoor is een tekort aan onderwijzend personeel ontstaan. Ontslagen leraren kunnen nu een verzoek indienen om weer aan de slag te mogen. Eerder werd bekend dat hoge officieren van het oude Iraakse leger weer worden aangesteld in de nieuwe strijdkrachten.

Hoe de overgangsregering ook wordt samengesteld, de Verenigde Staten willen niet dat die nieuwe wetten maakt. The Washington Post citeerde onderminister van Buitenlandse Zaken Marc Grossmann, die in een Senaatscommissie zei dat het niet zinvol is dat de overgangsregering zich met wetgeving bezighoudt, omdat begin volgend jaar verkiezingen worden gehouden voor een definitieve regering.

De regering-Bush wil verder zelf veiligheidszaken blijven regelen en de voorlopige regering slechts beperkte zeggenschap over het leger geven. Pas als er begin volgend jaar een nieuwe regering is gekozen, zijn de VS bereid een stap terug te doen.

Met de veiligheid in Irak is het voorlopig nog slecht gesteld. Het Amerikaanse ministerie van Defensie bevestigde vrijdag de gijzeling van een Amerikaanse militair door Iraakse opstandelingen. De twintigjarige Keith Maupin werd sinds de aanval op een konvooi met voorraden voor de Amerikaanse troepen, op 9 april, vermist. Bij die aanval, in de buurt van Abu Ghraib, verdwenen nog een militair en zeven Amerikaanse burgers. Een van hen is vrachtwagenchauffeur Thomas Hamill, die ook is gegijzeld. Over het lot van de andere vermisten staat nog niets vast.

In Karbala is een Bulgaarse militair gedood in gevechten tussen de coalitiemacht en militante aanhangers van de sjiitische radicale leider Muqtada al-Sadr. De strijders vielen een Bulgaars konvooi aan in de buurt van een moskee in de sjiitische heilige stad.

Al-Sadr dreigde vrijdag zelfmoordaanslagen te laten plegen op de coalitietroepen als die heilige sjiitische steden binnenvallen. Hij zei dat in een toespraak tijdens de islamitische vrijdaggebeden. Najaf, waar hij zich heeft verschanst, is ook zo’n stad. De VS zoeken Al-Sadr wegens betrokkenheid bij de moord op een andere geestelijke vorig jaar. Amerikaanse troepen hebben de stad omsingeld.

De 2000 Spaanse, Hondurese en Dominicaanse militairen die door hun regeringen worden teruggetrokken, worden voorlopig vervangen door Amerikaanse. Volgens de Poolse onderminister van Defensie, Janusz Zemke, nemen Amerikanen de taken van de Spaanstalige militairen voor negentig dagen over en proberen de militaire leiders van de coalitiemacht in die tijd een duurzamere oplossing te vinden.

Ook Groot-Brittannië overweegt meer militairen naar Irak te sturen ter vervanging van de vertrekkende troepen, die onder Pools commando stonden.

De Verenigde Naties sturen een team van mensenrechtendeskundigen naar Irak. Dat heeft de waarnemende hoge commissaris voor de mensenrechten van de VN, Bertrand Ramcharan, vrijdag bekendgemaakt.

Op de slotdag van de jaarlijkse bijeenkomst van de 53 leden tellende VN-commissie voor de mensenrechten in Genève zei Ramcharan dat de mensenrechtensituatie in Irak in kaart zal worden gebracht en dat eventuele schendingen daarvan door de coalitiemacht of Iraakse strijdgroepen in de openbaarheid zal worden gebracht.

Tijdens het regime van Saddam Hussein rapporteerde de VN-commissie jaarlijks over de mensenrechtensituatie in Irak, maar sinds de Amerikaanse inval in het land zijn de VN daar mee opgehouden, wat tot kritiek van een groot aantal mensenrechtenorganisaties leidde. Ramcharan zei dat het rapport over de mensenrechtensituatie in het land op korte termijn zal worden opgesteld.

Ramcharan is sinds de dood van Hoge Commissaris voor de Mensenrechten, Sergio Vieira de Mello bij een aanslag vorig jaar op het VN-hoofdkwartier in Bagdad, waarnemend hoofd van de organisatie.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer