Ankara verdeeld over doodstraf
De nationalisten in de Turkse coalitieregering hebben zondag verklaard dat zij tegen het afschaffen van de doodstraf zijn. Daarmee zetten ze de verdeeldheid binnen de regering over een belangrijke eis van de Europese Unie voor de toetreding van Turkije op scherp.
Voor de Nationalistische Actie Partij (MHP) betekent de afschaffing van de doodstraf een concessie aan de Koerdische rebellenbeweging PKK, waarvan de leider Abdullah Öcalan ter dood is veroordeeld. Onder druk van de EU heeft Turkije vorig jaar wel de doodstraf beperkt tot veroordelingen wegens terrorisme en in tijden van oorlog, maar de EU eist een volledige afschaffing.
„Toetreding tot de EU: ja. Maar we kunnen geen eisen accepteren die overlappen met die van de PKK”, zei Ismail Kose, vice-voorzitter van de MHP. „We zullen ons blijven verzetten tegen het afschaffen van de doodstraf voor misdaden tegen de staat.”
Premier Bülent Ecevit van de sociaal-democratische regeringspartij DSP hoopt de doodstraf te kunnen afschaffen door daarvoor een meerderheid in het parlement te vinden. „Als we in het parlement genoeg stemmen krijgen met hulp van de oppositie, kunnen we dit oplossen”, zei hij vrijdag. Overigens heeft Turkije sinds 1984 de doodstraf niet meer voltrokken.