Oppositie hekelt juichtoon regering
Oppositiepartijen ergeren zich aan het volgens hen te positieve beeld dat dinsdag is geschetst in de troonrede. De teneur hierin was dat Nederland de financiële crisis te boven is gekomen en ons land weer een sterk land is in een instabiele wereld.
Alexander Pechtold van D66 hoort te veel gejuich. „Er zijn nog steeds hartstikke veel werklozen, twee keer zoveel als voor de crisis”. Helemaal boos is hij over een bezuiniging voor 200 miljoen op scholen. „D66 doet een keertje niet mee, en er wordt weer bezuinigd op scholen!”
Zijn PVV-collega Geert Wilders spreekt van een fata morgana van een kabinet in een sprookjeswereld. „Dit kabinet heeft alle immigratie- en asielrecords gebroken, onveiligheid gebracht, Poelenburg gecreëerd en de Nederlanders vreemden in eigen land gemaakt.”
Ook het CDA hekelt de positieve toon. „De boodschap van dit kabinet staat in schril contrast tot wat de mensen in Nederland dagelijks ervaren. De problemen op de arbeidsmarkt, de onzekerheid over pensioenen en de manier waarop we met elkaar omgaan blijven allemaal liggen.”
Gert-Jan Segers van de ChristenUnie wil dat verder wordt gekeken dan de financiën „De ondertoon is: het gaat goed in economisch opzicht, maar mensen willen meer. Mensen willen ook saamhorigheid en een sterke samenleving waarin we elkaar vasthouden, elkaar in de ogen kijken, zorg dragen voor elkaar. Maar wat er dan aan moet gebeuren, hoe we dat krijgen, daar hoor ik heel weinig over”, aldus Segers.
„Het een beetje een wc-eendverhaal: kijk eens hoe goed we het zelf gedaan hebben”, zegt SP-leider Emile Roemer over de troonrede. „Iedereen denkt: hoezo het gaat goed met de zorg, ik kan de rekeningen niet meer betalen. En de tweedeling van de samenleving, daarover is nauwelijks iets terug te horen in de troonrede.”