Ploumen kijkt naar reparatie nadelen CETA voor boeren
Minister Ploumen (Buitenlandse Handel) voelt er niets voor om de landbouw buiten het handelsverdrag tussen de EU en Canada (CETA) te houden. Wel gaat ze zoeken naar mogelijkheden om boeren te compenseren als zij door het verdrag in de problemen komen.
De Kamer debatteerde woensdag met Ploumen over CETA. Het kabinet vindt dat een goed akkoord. Een deel van de Kamer was echter kritisch. Zo betoogde SGP-Kamerlid Dijkgraaf dat het beleid van Ploumen niet in lijn is met dat van staatssecretaris Van Dam (Landbouw). Diens departement zoekt naar een betere prijs voor de producten van boeren, terwijl CETA juist zorgt voor meer concurrentie.
„Nu is concurrentie niet verkeerd”, aldus Dijkgraaf, „maar wel als onze boeren moeten concurreren met boeren uit andere landen die aan lagere eisen voor dierenwelzijn en milieu moeten voldoen. Dan zijn of onze boeren de klos omdat hun inkomen nog verder achteruitgaat, of het milieu en de dieren omdat boeren geen geld hebben om te investeren in milieu en duurzaamheid.”
Hij pleitte daarom voor het buiten CETA houden van delen van de landbouw die last zullen krijgen van het verdrag. Daar voelt Ploumen niets voor. Dijkgraaf bepleitte daarop –gesteund door CDA, CU, SP en PvdD– compensatie voor boeren. „Als dat niet gebeurt, stemt de SGP tegen het verdrag”, aldus Dijkgraaf.
Ploumen beloofde voor de behandeling van het verdrag in het najaar met een brief te komen over mogelijkheden voor de gevraagde compensatie.