Over ontroerende foto’s van de Syrische burgeroorlog.
Oorlogen eisen altijd een hoge tol in de vorm van verwoesting van wegen en bruggen en het verlies aan mensenlevens. Een spreekwoord stelt dat de waarheid in een oorlogssituatie altijd het eerste slachtoffer wordt. De ervaring leert tevens dat naarmate oorlogen zich voortslepen ook het menselijke geweten verdoofd lijkt te raken. De Syrische burgeroorlog is hiervan een triest voorbeeld.
Na ruim vijf jaar oorlog in Syrië is de gemiddelde Nederlander het spoor allang bijster geraakt in dit Arabische land, waar iedereen met iedereen lijkt te vechten. Kinderleed is dan vaak nog het enige dat de emoties raakt, maar helaas wordt zelfs dat vaak misbruikt door groeperingen met een specifieke politieke agenda.
Wie raakte niet ontroerd bij het zien van het ontzielde lichaampje van de 3-jarige Aylan Kurdi dat op 2 september vorig jaar ergens in Turkije aanspoelde? De boot waarin mensensmokkelaars Aylan en diens familie naar Europa wilden vervoeren was gezonken, en vader Kurdi verklaarde tijdens een interview huilend dat eigenlijk hijzelf had moeten sterven. In het Westen liepen de emoties hoog op en voorstanders van immigratie suggereerden dat de Europese Unie feitelijk medeschuldig was aan dit drama.
Daarna verdween de media-aandacht voor Aylan Kurdi, waardoor bij het grote publiek veelal onbekend bleef dat Aylans vader de echte verantwoordelijke was voor de dood van zijn zoon. Hij bleek namelijk zelf mensensmokkelaar te zijn geweest, en getuigen zouden verklaren dat ze aan hem tot 7000 euro hadden betaald. Een Turkse rechtbank heeft de vader van Aylan bij verstek schuldig bevonden én veroordeeld.
Enkele weken geleden verscheen de foto van de 5-jarige Omran Daqneesh, die in Aleppo het slachtoffer was geworden van bombardementen. Het was hartverscheurend om te zien hoe hij onder het stof in een ambulance zat. Het bracht het menselijk leed van de Syrische burgeroorlog op schrijnende wijze in beeld.
Geen tranen waren er echter voor het gruwelijke levenseinde van de 12-jarige Abdallah Issa in Aleppo. Half juli verscheen er een video waarop te zien was hoe de van oorsprong Palestijnse Abdallah met zijn handen op zijn rug gebonden in een truck werd gegooid. Om vervolgens door triomfantelijk „Allahoe akbar” schreeuwende barbaren te worden onthoofd. Voor Abdallah was er aanzienlijk minder belangstelling. Hij werd immers onthoofd door leden van de Nur al-Din al-Zinkibrigade, een militie die door Washington als gematigd wordt beschouwd en daarom door de VS wordt bewapend. De brigade zou later verklaren dat de jongen „pro-Assad” was.
Na het verschijnen van de foto van Aylan Kurdi voorspelde The Wall Street Journal dat deze foto het verloop van de geschiedenis zou veranderen. Maar de oorlogsmachine in Syrië dendert gewoon door en trekt zich niets aan van zogenaamde „keerpunten.” De algemene verwachting is zelfs dat het ergste in Syrië nog moet komen.
RD-correspondent Martin Janssen levert wekelijks commentaar op actuele gebeurtenissen in het Midden-Oosten. Vandaag: zelfs rond zielige kinderfoto’s spelen politieke voorkeuren.